1503 januari 13

anno Domini millesimo quingentesimo secundo

Johannes Back, ridder, en Goeswinus de Brecht, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus de Uden, als meester van de kerkfabriek van de Sint-Jan aan Henricus Bor, zoon van wijlen Nicholaus Bor, verhuurd heeft voor de duur van zijn leven het huis en erf naast de Beverbrugge tussen de openbare weg aan een zijde en het erfgoed van Ghysbertus vanden Brekelen aan de andere zijde en een einde voor:
  1. een erfcijns van 6 £ aan Katherina, weduwe van Cristianus vanden Meeracker, die daar eerder uit betaald moest worden,
  2. een erfcijns van 6 £ aan de kerkfabriek, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op het eerstvolgende feest van Kerstmis,
welk huis en erf Henricus de Uden vandaag van Henricus Bor ten gunste van de kerkfabriek verkregen had, en dat Henricus Bor beloofd heeft dat hij het dak en de zijmuren van dit huis in goede staat zal houden.
Dorsaal: folio XLVIII van VI £ payments opten Ulenborch (van Uden).
Zegels: linkerzegel zwaar beschadigd, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 0951

1503 februari 8

  1. Wy Art Janssoen van Hincestum ende Dirck Dirck Andriessoen scepenen in Dryel tugen dat voir ons comen syn Jan die Vries
  2. ende Goijswin Jans Breen dochter ende hebben vercoft ende opgedragen voir vijfftich pont gever penningen goet ende geve
  3. die sy ghieden dat hoir betaelt syn die een helfte van thien hont lants ... inden gericht van Rossem op
  4. dat cruys mit synen duckende ende zoeslagen daer toebehoerende tusschen Goessen Weert opwaert ende Jan Bankenssoen erven
  5. nederweert streckende mitten enen einde opten duck ende metten anderen einde opden gemeinen hoegen wech heren
  6. meister Dirck van Hoevel prister toebehorende. Dielis sinen natuerlucke soen mitten duck voerseyde ende metten halven thyns
  7. die die Heren van Rossem dair uyt hebben te weten vyff scillinghen erfflick the hebben ... Jan die
  8. Vries ende Goessen Jans Breen dochter voerseyde vertegen op dit lant Duck ende zoeslagen voerseyde ...
  9. In orconde onser letteren gegeven
  10. int jaer ons Heren dusent vyffhondert ende drye des woensdages nae sunte Aghaten dach joffer.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0952

1503 april 5

anno Domini millesimo quingentesimo secundo

Gerardus de Berkel, zoon van Gerardus, en Petrus die Borchgreve, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Mechtilidis, weduwe van Jacobus, zoon van wijlen Wolterus Dircsen, aan zuster Cornelia, dochter van Mechteldis en Jacobus, geprofest zuster van het convent van de zusters van de Derde Regel van Sint-Franciscus op de Ulenborch, ten gunste van haar en van zuster Katherina, dochter van dezelfde Mechteldis en Jacobus, overgedragen heeft haar vruchtgebruik in een erfcijns van 3 £ uit 3/4 deel van een huis en erf met rechten en afhankelijke goederen in de Karstraet tussen het erfgoed van Christianus vanden Grave, slager, aan een zijde en het erfgoed van Zegerus die Haenmeker aan de de andere zijde, welke cijns Jacobus van Johannes, zoon van wijlen Theodericus Yewaenssoen, korenkoper, verkregen had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0953

1503 april 5

quinta die mensis aprilis, feria quarta post dominicam qua cantatur Iudica, anno Domini millesimo quingentesimo secundo

Gerardus de Berkel, zoon van Gerardus, en Petrus die Borchgreve, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Mechteldis, weduwe van Jacobus, zoon van wijlen Wolterus Dircsen, aan zuster Cornelia, dochter van Mechteldis en Jacobus, geprofest zuster van het convent van de zusters van de Derde Orde van Sint-Franciscus op den Ulenborch, ten gunste van haar en ten gunste van Katharina, dochter van Mechteldis en Jacobus, eveneens geprofest zuster van dat convent, overgedragen had een erfcijns van 3 £ uit 3/4 deel van een huis en erf met zijn rechten en afhankelijke goederen in de Karstraet tussen het erfgoed van Cristianus vanden Grave, slager, aan een zijde en het erfgoed van Zegerus die Haenmeker aan de andere zijde. Mechteldis de Bucstel, moeder-overste, Dimpna de Bucstel, procuratrix, en zuster Conelia, kloosterlingen van dat convent zijn nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en hebben met uitdrukkelijke toestemming van frater Hubertus de Herentals, hun biechtvader, aan Henricus de Uden, meester van de kerkfabriek van de Sint-Jan, overgedragen van die cijns 1/3 deel ten gunste van die kerkfabriek en 2/3 deel ten gunste van de Broederschap van het Eerbiedwaardig Sacrament in die zelfde kerk.
Dorsaal:
  1. folio LVIII van III £ Carrestraet daer af habet fabrica 1 £ et fraternitas venerabilis Sacramenti II £. (Van Uden)
  2. Numero 28. (Vander Weeghe)
Zegels: beide zwaar beschadigd.
Nummer: 1372

1503 april 29

in ecclesia collegiata sancti Johannis

Notaris Johannes Bax de Herentals, clericus van het bisdom Cameracum, instrumenteert dat Henricus de Uden, schepen van Den Bosch en meester van de kerkfabriek van de Sint-Jan, voor hem verschenen is en in zijn handen heeft het testament van Adrianus de Loemel, burger van Den Bosch, dat geinstrumenteerd is door notaris Henricus vander Loe de Oesterwyck, clericus van het bisdom Leodium, gedateerd op 1498 mei 30 en hem gevraagd heeft een clausule uit dat testament betreffende Sint-Jan in deze akte op te nemen. Met als getuigen: Fanciscus vanden Parre, priester, en Martinus de Campen, van de stad Den Bosch.
N.B.: Zie voor deze clausule de datum waarop hij oorspronkelijk werd opgesteld.
Nummer: 1373

1503 mei 4

Raso Raessen en Gerardus de Berkel, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Adrianus, zoon van wijlen Zegerus Pauwelssen Ruyter, als rector van het altaar van Sint-Willibrordus van de tweede fundatie in de kerk van de begijnen in Den Bosch, in aanwezigheid en met toestemming van heer Gerardus de Beest, kanunnik in Den Bosch, als investiet van de kerk van de begijnen, aan Rutgerus Horen, zoon van wijlen Wygerus Horen, had overgedragen een morgen in een zekere kamp, Die Luyst, 3 morgen en 4½ hont groot, in de parochie Haren in het territorium van Megen tussen het erfgoed van de kerk van Haeren aan een zijde en het erfgoed van Vrouwe Johanna de Spralant aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de openbare weg tot aan het erfgoed van de erfgenamen van wijlen Zebertus Jan Hoynensen, welke morgen vroeger aan Katherina, dochter van wijlen Gerardus de Tephelen, had toebehoord. Rutgerus is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft beloofd aan heer Gerardus de Beest ten gunste van de rector van het altaar van de tweede fundatie te betalen een erfcijns van 2 peters, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op het eerstvolgende feest van Maria-Lichtmis uit die morgen grond en 2½ morgen grond die al eerder aan Rutgerus toebehoorden in die kamp.
Zegels: linkerzegel ontbreekt, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 0954

1503 juni 23

Goeswinus de Brecht en Petrus die Borchgreve, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Petrus, zoon van Otto Peterszoen, aan Everardus die Hoze, zoon van wijlen Henricus, heeft overgedragen een erfpacht van een halve mud rogge uit het huis, erf, hof en achterhuis dat daaraan grenst in de Hinthamerstraat tussen het kerkhof van de Sint-Jan aan een zijde en het erfgoed van Luytgardis, weduwe van Nicholaus Screynmeker, en haar kinderen aan de andere zijde, welke pacht Petrus van Johannes, zoon van wijlen Johannes de Wachtendonck, smid, gekocht had.
Dorsaal:
  1. Everardus Hoze filius Henrici van het malder roggen van Jan van Genep
  2. Dit malder roggen heeft die fabryck ghequeten ? XVI ? malder roggen, actum XX augusti anno XXIIII.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel ontbreekt.
Nummer: 0955

1503 juli 15

Heer Johannes Back, ridder, en Johannes Heym, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus Boyens aan Katherina, dochter van wijlen Wolterus Sbyen, overgedragen heeft een kamp, bestaande uit 2 kampen, op Die Hoeven, welke kamp 3 morgen groot, daar opzij ligt in de richting van de stad Den Bosch tussen de 2e kamp van Johannes de Hedel aan een zijde en het erfgoed van magister Henricus de Kessel aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf het erfgoed Die Koeweyde van de erfgenamen van wijlen Wilhelmus Hinckart tot aan het erfgoed van Gerardus Hermanssen, welke kamp Henricus van Johannes de Hedel, zoon van wijlen Willelmus, verkregen had.
Dorsaal: fiat vidimus de ista.
Zegels: beide licht beschadigd.
N.B.: Bij dit charter is een klein briefje opgeborgen uit circa 1600 dat de inhoud van dit charters weergeeft.
Nummer: 0956

1503 augustus 20

Acta ... in domo habitacionis dicte testatricis in die Cruijstraet

Notaris Fredericus Schaeck, priester van het bisdom Traiectum, instrumenteert het testament van Aleidis, dochter van wijlen Henricus Loemans, wettige weduwe van Jacobus Goyartsen, inwoonster van Den Bosch, die in aanwezigheid en met toestemming van Henrica en Elizabeth, haar dochters, het volgende bepaald heeft:
  1. zij wil begraven worden in het convent van de Predikheren in Den Bosch,
  2. zij heeft vermaakt aan de Saint-Lambert in Luik 1 maal 5 stuivers die na haar dood betaald moeten worden; de Sint-Jan krijgt eveneens 5 stuivers die alsboven betaald moeten worden,
  3. de erflaatster heeft een inkomen bij de stad Hoesden dat met 150 goudgulden teruggekocht kan worden; de erflaatster heeft daarvan 30 gulden aan de kerkfabriek van de Sint-Jan gegeven ter ere van de Glorierijke Maagd, welke de fabriek krijgt na de dood van de erflaatster en Henrica en waarover de meesters van de kerkfabriek naar eigen goeddunken kunnen beschikken.
Met als getuigen: Johannes Alberti en Egmondus Aelberti.
Nummer: 1640

1503 augustus 25

Acta ... in domo inhabitacionis dictorum ... testatorum ... in platea Tinctorum

Nycolaus Hoyberchs de Bladel, clericus van het bisdom Leodium, instrumenteert een extract uit het testament van Dirck vander Elst en Hillegont, dochter van wijlen Jan van Gunterslaer, echtgenoten, die met elkaars toestemming de volgende bepalingen gemaakt hebben:
  1. zij hebben gelegateerd aan de Sint-Lambrecht in Ludick een maal ½ rijnsgulden na hun beider dood te betalen,
  2. zij hebben gelegateerd aan de Nieuwer-Lief-Vrouwe in de Sint-Jan en Sunte Jorys, een erfcijns van 30 schellingen uit het huis van de weduwe van Jan Joesten tegenover de Bogarden,
  3. Onse-Nij-Liefvrouw Hillegonts gulden riem,
  4. Onse-Lieve-Vrou van melaciën in de Sint-Jan Hillegonts "gulden rynck met rulleken".
Net als getuigen: heer Petrus Ghysen de Eersel, priester, en Arnoldus, zoon van wijlen Andreas Bernartssen, burger van die stad.
Dorsaal:
  1. Numero 69 (Vander Weeghe).
  2. folio 61.
  3. folio 51.
  4. 79.
Nummer: 1641

1503 augustus 25

  1. In nomine Domini. Amen. Per hoc presens publicum instrumentum cunctis pateat evidenter et sit
  2. notum, quod anno a nativitate eiusdem Domini millesimo quingentesimo tercio, indictione sexta,
  3. mensis augusti die vicesima quinta, pontificatu Sancte Sedis Apostolice per obitum felicis
  4. recordationis Alexandri pape sexti vacante seu rectore destituto, in mei notarii publici
  5. et testium infrascriptorum ad hoc vocatorum specialiter et rogatorum presentia, personaliter constitute
  6. provide et discrete persone, Theodericus van der Elst et Hillegondis, filia quondam Johannis
  7. van Gunterslaer, conthorales, stantes et ambulantes, sani mentibus, ratione et intellectu vigentes,
  8. sensuumque suorum bene compotes existentes, attendentes et in eorum mentibus revolventes recogitantesque
  9. mortis inevitabilem casum et quod nichil certius sit morte, nichilque hora mortis incertius
  10. existere, volentes et affectantes preterea ultimam sue peregrinationis diem testamentaria dispositione
  11. prevenire de bonis et rebus suis, sibi ab Altissimo Deo super terram collatis et concessis, eorum
  12. testamentum seu ultimam et finalem voluntatem et ordinationem pariter et unanimiter et unanimi
  13. consensu, atque unus de expressis voluntate et consensu alterius et viceversa, condiderunt, ordinaverunt
  14. et dictaverunt prout et quemadmodum in lingua theutonicali sequitur: In den jare ons
  15. Heeren dusent vijfhondert ende drie, den 25-sten dach augusti, soe hebben Dirck van der
  16. Elst ende Hillegont, dochter wilneer Jans van Gunterslaer, wittige huysvrou Dirx voerscreven,
  17. wederroepen allen testamenten ende uyersten willen bij hen beyden oft elke bijsunder gemaict,
  18. voir wat personen ende oeck solempniteyten daerin ghehouden, willende die tenyet ende van
  19. egheener werden gehouden te wordenen, gemaect haer testament ende leste wille in
  20. manieren hierna volgende. In den iersten hebben sij beset Sunte-Lambrechtskercke tot Ludick
  21. eenen halven rijns gulden eens, na doot van hen beyden. Item inter cetera alia particularia
  22. legata in principali eorum testamento descripta et annotata, legaverunt Notre Domme Nove in ecclesia
  23. Busciducensi et Sancto Georgio prout in clausula sequenti sequitur: Item sij besetten Onser-
  24. Nieuwer-Lief-Vrouwe ende Sunte Jorys, die sullen hebben dartich scellinge payments erffelijc,
  25. die men gilt uten huys der weduwen Jan Joesten tegen den Bogarden over staende; item
  26. 0nse Nij-Liefvrou Hillegonts gulden riem; item Onse-Lieve-Vrou van melaciën in Sinte-
  27. Janskerck Hillegonts gulden rynck metten rulleken. Que premissa ac omnia et
  28. singula in eorum integrali testamento contenta, conscripta et annotata, prenominati conjuges suum dixerunt
  29. esse testamentum eorumque ultimam et extremam voluntatem, quod seu quam valere voluerunt jure
  30. testamenti seu codicillorum aut alterius juxta pias et canonicas xanctiones, non obstante, quod
  31. in eo aut ea alique juris vel facti solempnitates sint quomodolibet pretermisse seu alias
  32. neglecte, salva etc. De et super quibus omnibus et singulis prelibati testatores
  33. petierunt a me notario publico infrascripto unum vel plura publicum seu publica fieri et
  34. confici instrumentum aut instrumenta. Acta fuerunt hec in domo inhabitationis dictorum
  35. conjugum testatorum, sita in Platea Tinctorum opidi Busciducensis, sub anno, indictione etc., presentibus
  36. ibidem honorabili et discretis viris, domino Petro Ghysen de Eersel presbytero et Arnoldo, filio quondam
  37. Andree Bernartssen, opidano dicti opidi, testibus ad hoc vocatis specialiter ac rogatis.
Et ego, Nicolaus Hoyberchs de Bladel, clericus Leodiensis dyocesis, publicus Sacra apostolica auctoritate et venerabilis curie Leodiensis notarius juratus, qua premissis omnibus et singulis, dum sicut premittur fierent et agerentur, una cum prenominatis testibus, presens interfui eaque sic fieri scivi, vidi et audivi, idcirco hoc presens publicum instrumentum, manu mea propria scriptum, exinde confeci et publicavi, signoque et nomine meis solitis et consuetis signavi et subscripsi, rogatus et requisitus, in fidem et testimonium omnium et singulorum premissorum.
Dorsaal:
  1. Numero 69 (Vander Weeghe)
  2. folio 61
  3. folio 51
  4. 79.
Nummer: 1641

1503 september 5

Goeswinus de Brecht en Gerardus de Berkel, zoon van Gerardus, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus de Uden, als meester van de kerkfabriek van de Sint-Jan aan Willelmus, zoon van Wolterus, Costerssoen, verhuurd heeft de hoeve Ten Eynde met zijn afhankelijke goederen en rechten in de parochie Aerle, die een zekere Arnoldus de Liedrop op dit moment exploiteert, gedurende een periode van 4 jaar zonder onderbreking vanaf het eerstvolgende feest van Pinksteren voor:
  1. de grondcijnzen,
  2. 15 mud rogge, Peellandse maat, en
  3. 27 Ryns gulden,
waarvan de eerste betalingstermijn zal zijn vanaf het eerstvolgende feest van Pinksteren na een jaar en dat hij de schouw en de burenplichten die van rechtswege bij deze hoeve horen zal betalen en dat hij op de gebouwen van deze hoeve met 10 bundels stro van goede kwaliteit zal bedekken of laten bedekken als dat nodig is en dat hij kerkfabriek dit stro zal verschaffen. Ook is als voorwaarde opgenomen dat de pacht op verzoek van de meesters van de kerkfabriek na 2 jaar beëindigd kan worden.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0957

1503 september 20

Jan Heym en, Raes soen, Raessen, schepenen in sHertogenbosch, oorkonden dat zij de zaak van het geschil tussen de meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan, als eisers aan een zijde, en de pater van het klooster der zusters te Venlo en Lambrecht Millinck, als gedaagden aan de andere zijde, voorgelegd hebben aan Raes soen Raessen, meester Willem vanden Bosch, meester Jan van Vladeracken en Jan Kanapairt, welke niet tot een gezamenlijke beslissing hebben kunnen komen en deze zaak op hun beurt hebben voorgelegd aan heer Jan die Bever, pater van de reguliere zusters bij Helmont inden Haige. Jan die Bever is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft als opperscheidsrechter in aanwezigheid van de voornoemde arbiters en bij wie hij advies had ingewonnen de volgende uitspraak gedaan:
  1. de meesters van de kerkfabriek zullen de hoeven Ten Broeck en Ten Cleynen Laer verkopen volgens de rechten en ordinantiën van Den Bosch,
  2. als deze hoeven verkocht zullen zijn zal Jan die Bever, na het advies van de arbiters ingewonnen te hebben, zijn einduitspraak doen in dit geschil,
  3. alle partijen hebben beloofd deze uitspraak te respecteren,
  4. als de opperscheidsrechter of een van de arbiters sterft zullen de anderen geen vervanger mogen kiezen,
  5. als er zaken onduidelijk zijn blijft de uitleg van de uitspraak voorbehouden aan de opperscheidsrechter en de arbiters.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel onbeschadigd.
Nummer: 1642

1503 september 23

Acta ... in domo habitacionis Margarete Ansems ultra pontem Pischium dictum after die Mandemekers

Fredericus Schaeck, priester van het bisdom Traiectum, instrumenteert het testament van Johannes, Ghysberts zoen, Cangieter, inwoner van de stad Den Bosch, waarin deze het volgende heeft bepaald:
  1. hij wil begraven worden in het kerkhof van de Sint-Jan op zij van het Onze Lieve Vrouwekoor in het graf van zijn ouders,
  2. hij heeft al zijn testamenten herroepen, het testament dat hij echter samen met zijn broer heeft laten instrumenteren door heer Jacobus de Cirixza, vice-cureyt van de Sint-Jan, blijft van kracht,
  3. hij heeft vermaakt aan de Saint-Lambert in Luik en aan de Sint-Jan ieder 1 maal 2 stuivers,
  4. hij heeft vermaakt aan het Grootziekengasthuis in Den Bosch 1 maal 6 rijnsgulden die na zijn dood betaald moeten worden,
  5. de erflater heeft gevraagd dat voor zijn ouders en broer drie reeksen van 30 missen gelezen worden door de kapelaans die de zielzorg van de Sint-Jan hebben,
  6. hij heeft vermaakt aan de kapelaan die hem de kerkelijke sacramenten heeft toebediend 1 maal 1 gouden rijnsgulden,
  7. hij heeft vermaakt aan ieder van de kosters van de Sint-Jan 1 maal 5 stuivers,
  8. hij heeft vermaakt aan de Tafel van de Heilige Geest ten gunste van de armen 1 maal 3 rijnsgulden,
  9. hij heeft aan de huisarmen, in de volkstaal "die negen blocken" 4 gewone guldens gelegateerd, die zij volgens de aanwijzingen van de hierna vermelde executeurs onderling moeten verdelen,
  10. hij heeft aan zijn buren, tot een getal van 10 huizen, aan ieder van die huizen, zowel grote als kleine, ieder 1 maal 3 stuivers vermaakt,
  11. hij heeft vermaakt aan de armen die Aelbertus Keteler, meester van de kerkfabriek, toekent, 1 maal 1 gouden rijnsgulden,
  12. hij heeft vermaakt aan de broederschap van het Eerbiedwaardig Sacrament in de Sint-Jan 1 maal 3 rijnsgulden,
  13. hij heeft vermaakt aan de broederschap van het Eerbiedwaardig Sacrament bij de Predikheren 1 maal 20 stuivers,
  14. hij heeft vermaakt aan Sint Katharina en Agatha, maagden, in de Sint-Jan ieder 1 maal 1 rijnsgulden,
  15. hij heeft vermaakt aan Sint-Barbara in dezelfde kerk ten gunste van een nieuw kazuifel 1 maal 3 rijnsgulden,
  16. hij heeft vermaakt aan het heilig Kruis-altaar ten gunste van een nieuw kazuifel 1 maal 3 rijnsgulden,
  17. hij heeft vermaakt aan het convent van de Minderbroeders voor een reeks van 30 missen 1 maal 3 rijnsgulden die door zijn hierna vermelde executeurs uitgereikt wordt aan sommigen onder hen die het beter uitkomt,
  18. hij heeft vermaakt aan de fabriek van de Sint-Jacobskapel 1 maal 3 rijnsgulden,
  19. hij heeft vermaakt aan Margareta Ansems, zijn nicht, (nepti) die bij hem in huis woont 1 maal 6 rijnsgulden,
  20. hij heeft vermaakt aan Johannes, zijn neef, (nepoti) die bij Stephanus vanden Broeck verblijft 1 maal 4 rijnsgulden,
  21. hij heeft vermaakt aan Wilhelm Willems, zijn beste toog,
  22. hij heeft vermaakt aan de vrouw van Lambertus, Claes zoen, in de Ververstraat zijn beste kookpot,
  23. hij heeft vermaakt aan Margareta Ansems met haar 2 dochters en aan Johannes, zijn neef (nepos) al zijn andere huisraad en kleren,
  24. hij heeft besloten dat zijn hierna vermelde executeurs aan zijn naaste erfgenamen recht geven op de goederen die hij nalaat en ieder van hen moet 1 maal 4 rijnsgulden gegeven worden,
  25. en als een zijn naaste erfgenamen met het voornoemde legaat niet tevreden zijn en de executeurs lastig vallen krijgen zij 1 maal 1 oude groot en worden voor het overige van de erfenis uitgesloten,
  26. de erflater heeft als zijn executeurs aangewezen de meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan, die bij zijn sterven in functie zijn, en daarnaast Mathias Vrancken en zij krijgen de volmacht maar zij moeten het geld wat overblijft na de afbetaling van zijn schulden, de kosten van zijn begrafenis en de hiervoor vermelde legaten geven aan de kerkfabriek van de Sint-Jan.
Met als getuigen : Wenmarus die Moller en Cornelius vanden Ven, burgers van Den Bosch.
Nummer: 1643

1503 oktober 17

Acta ... in domo testatoris ... achter die Tolbrugge

Notaris Johannes Andree, priester van het bisdom Leodium, instrumenteert het instrument van van Theodericus Pels, zoon van wijlen Arnoldus Pels, waarin deze de volgende bepalingen heeft opgenomen:
  1. hij heeft vermaakt aan de Saint-Lambert in Luik 1 maal 1 oude stuiver en de Sint-Jan eveneens 1 oude stuiver,
  2. hij heeft vermaakt aan de oude Onze Lieve Vrouw 2 rijnsgulden in plaats van de oude schild die hij haar verschuldigd is na zijn dood, genoemd "doetscult",
  3. hij heeft vermaakt aan de Tafel van de Heilige Geest 1 maal 6 rijnsgulden,
  4. hij heeft vermaakt aan Mechteldis, zijn wettige dochter, geprofest zuster van het Sint-Geertruiconvent in de Orthenstraat een erfcijns van 2½ oude schilt, welke zij krijgt na de dood van de erflater uit zijn goederen,
  5. hij heeft vermaakt aan Willelmus, zijn zoon, een erfcijns van 2½ schilt, welke hij meteen na de dood van de erflater krijgt, echter op voorwaarde dat Willelmus deze cijns nooit kan verkopen of vervreemden en in het geval dat hij dit wél doet, zal ze meteen toekomen aan Elizabeth, dochter van Willelmus; en als Elizabeth zonder wettige nakomelingen sterft zal deze cijns vererven aan de kerkfabriek van de Sint-Jan, behoudens echter dat het Sint-Geertruiconvent deze cijns zich kan toeëigenen, (applicare) maar zij moet dan de kerkfabriek voor elke schilt cijns 18 schilden betalen; als Elizabeth echter in het klooster treedt en daar geprofest wordt zal van dan af dat klooster die cijns in erfrecht hebben,
  6. hij heeft vermaakt aan Theodericus, zijn zoon, 1 maal 1 oude groot, waarmee Theodericus van de rest van de erfenis wordt uitgesloten,
  7. hij heeft vermaakt aan Cristina, zijn dochter, eveneens 1 oude groot,
  8. hij heeft vermaakt in vruchtgebruik aan Agatha, zijn tweede vrouw, de erfpacht van 1½ mud rogge, die in het huwelijkscontract tussen Agatha en de erflater was geschonken, waarvan na de dood van Agatha een helft vervalt aan het Sint-Geertruiklooster en de andere helft aan Willelmus, haar zoon,
  9. hij heeft bovendien geschonken aan Agatha een magazijn, een bed, een ronde tafel met slot en een kist waarover zij naar eigen goeddunken kan beschikken,
  10. hij heeft al zijn overige roerende en onroerende goederen geschonken aan de kerkfabriek van de Sint-Jan, op voorwaarde dat deze al zijn schulden en uitvaart betaalt, hiervan uitgezonderd die 18 rijnsgulden die de erflater verschuldigd is aan het Sint-Geertruiconvent, waarvan de erflater een helft voldoet en de andere helft dat convent hem kwijtscheldt wegens zijn legaten,
  11. de erflater wil dat zijn begrafenis geschiedt met 13 kaarsen, elke kaars moet een gewicht hebben van 1½ pond was en van dezelfde kaarsen krijgen het Sint-Katherina-, het Sint-Barbara en het Sint-Agatha-gilde ieder 1, de Sint-Anna, de Sint-Pieter, de Sint-Jacob, de Minderbroeders, de Predikheren ieder 1 kaars, het Sint-Geertruiconvent 2 kaarsen en het convent achter de Tobrug 1,
  12. hij wil begraven worden onder de toren van de Sint-Jan,
  13. hij heeft vermaakt aan Jacobus, kapelaan van die kerk, en aan mij notaris, ieder 1 maal 3 stuivers,
  14. de erflater wil dat in het geval dat Elizabeth, dochter van Wilhelmus, voogden nodig heeft de meesters van de kerkfabriek deze taak op zich nemen.
Met als getuigen: Lambertus Priem en Johannes Brock, burgers van de stad Den Bosch.
Nummer: 1644

1503 oktober 25

  1. Notum sit universis quod cum Engbertus filius quondam Johannis ... Luedinx de Uden, pellificis, et Godefridus ... Mostaert, maritus ... legitimus Deliane ... filie dicti Johannis Luedinx
  2. medietatem cuiusdam domus aree orti ac domus posterioris ... in vico ecclesie inter her. heredum quondam Egidij ... Dunnecops pellificis e.u.l. et inter her.
  3. Ludovici ... Ludinx, fratris ... dicti Johannis Luedinx, e.a.l. her. vendidissent Goeswino ... Wolf pellifici Cumque Johannes ... Pels filius quondam Petri
  4. ... Pels et Mechteldis eius uxor legitima filia quondam Arnoldi de Liemde alias Cleynael reliqua medietatem domus aree ac domus predictorum her. vendidissent dicto
  5. Goeswino Wolf. Et cum dominus Godefridus die Cromme, canonicus in Buscoducis, domum aream et ortum ... in vico Gruellatorum inter quoddam domistadium e.u.l. et inter
  6. her. Henrici Leydecker e.a.l. Item h.c. viginti, viginti et 14 sol. ...
  7. ex domo, area et orto predictis her. supportasset domino Simoni Geritszoen, canonico in Buscoducis, et qui domus, area, ortus unacum
  8. quadam domo posteriori in fine eiusdem orti ... et ad premissa spectandem siti sunt ... inter her. Wolteri de Hall, Godefridi Cuyper, filij Godefridi Laurentij de Ouden filij
  9. quondam Hermanni Jutte relicta quondam Danielis Croeck, Ide relicta ... Goeswini die Wolf ac eius heredum ac Engberti de Uden e.u.l. et inter her. Johannis Keerberch
  10. alias die Coster interiacente quodam muro lapideo Heym muer vocato ad premissa integraliter spectandem e.a.l. tendendum a communi plateanunc die Putstraet vocata retrorsum usque ad
  11. her. Johannis Keelbreker et Danielis Geritsoen. Et deinde dictus dominus Symon condendum testamentum inter cetera inibi contenta dictum domum aream ortum ac domum posteriorem cum
  12. suis iuribus et attinentijs legasset maiori hospoitali in B.D. ad opus pauperum ibidem atque depost Theodericus vander Elst magister et rector dictorum pauperum iam ultimo
  13. dictam domum posteriorem cum suis fundo iuribus et attinentijs necnon posteriorem partem iamdicti orti illam scilicet partem dicti orti que sita est ibidem et magis contigue eidem
  14. domum posteriori Et est tercia pars eiusdem orti in ordine capiendum ordinem ad et iuxta domum et aream Godefridi Cuypers fillij Godefridi et sita est ibidem inter quandam viam ibidem
  15. ordinatam e.u.l. et inter her. dicti Johannis Keerberchs quodam muro lapideo heym muer vocato supradicte interiacente e.a.l. et tendit a medietate seu particula
  16. dicti orti Laurentij de Ouden retrorsum usque ad domum posteriorem predictam et continet in sua longitudine, videlicet ad et iuxta dictam viam ibidem ordinatam vigintitres pedatas ad latitudinem
  17. iuxta dictum murum triginta unum pedatis et unum pollicem simul cum iure utendi unacum Godefrido Cuypers et Laurentio de Ouden predictis supradicta via necnon ... die
  18. Bynnenste Poert et porta anteriori ... die vorste poertque sita est ... iuxtadictum communem vicum atque quodam transitu aut quadam via unacum quodam puteo inter ... duas
  19. portas ... consistente ... her. supportasset Jacobo de Driel Henricsoen relicto ... Cristine ... filie quondam Goeswini die Wolf ad opus sui quo ad eius usufructum
  20. et ad opus Henrici et Goeswini fratrum et Mathie eorum sororum liberorum Jacobi et quondam Cristine ... quo ad ius her. Cumque magister Johannes Sampson filius quondam Johannis
  21. primodictos domum aream ortum ac domum posteriorem atque adhuc ultimodictam domum posteriorem cum suis fundo iuribusque et attinentijs Necnon dictam posterorem partem dicti orti simul cum
  22. iure utendi supradicta via ac portis predictis erga dictum Henricum et Mathiam eius sororem liberorum dictorum quondam Jacobi de Driel et Cristine ... ad censum acquifuisset atque
  23. depost Willelmus Pieckevet in absentia dicti magistri Johannis Sampson iampremissa per eundem maistrum Johannem ad censum ... acquisita per modum redemptionis e iure proximitatis
  24. obtinisset et cum deinde Theoderica relicta dicti ... Willelmi Pieckevet usufructum sibi competentem in iampremissis per dictum quondam Willelmum eius dum vixit maritus per modum redemptionis
  25. e iure proximatis ... leg. supportasset Cristine filie dictorum Theoderice et quondam Willelmi ad opus sui et ad opus sui et ad opus Johanne filie eorundem Theoderice et
  26. quondam Willelmi Pieckevet ... Constituti igitur coram scab. infrascriptis dicta Cristina et et Jacobus ...
  27. In Gheenhulst tamquam maritus ... legitmus ... dicte Johanne cum tutore dicte Cristine iampremissa a dicto Willelmo Pieckevet
  28. per modum redemptionis e iure proximitatis ... dudum obtenta leg. et her. supportaverunt Engelberto de Uden ...
  29. deponent omnino exceptis
  30. tamen huiusmodj promissione quam idem promissione quam idem Willelmus dum premissa e iure proximitatis redemit magistro Petro de Os ad opus dicti magistri Johannis fecerat et promiserat videlicet quod ipse Willelmus
  31. eundem magistrum Johannem et eius bona de et a quibuscumque promissioni et obligationibus in acquisitione ad censum iampremissorum per eundem magistrum Johannem factam necnon adhuc quibuscumque
  32. alijs promissionis veris ... ea occasione per ipsum magistrum Johannem promissis atque ab omnibus sibi ex causa earundem promissionum eventurum quitaret ... penitus
  33. indempnes observare ...
  34. Testes ... scabini in Buscoducis Willelmus de Busco et Johannes de Ghysselen. Datum 25 oktober
  35. 1503.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: linkerzegel klein fragment, rechterzegel ontbreekt.
N.B.: Er is band met een aantal andere akten.
Nummer: 1645

1504 januari 4

anno Domini millesimo quingentesimo tercio

Willelmus de Busco en Jordanus de Boert, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Katherina, dochter van wijlen Lambertus, zoon van wijlen Johannes de Zoemeren, weduwe van Mathias de Rietvoirt Janssen, aan Lambertus en Johanna, kinderen van Katherina en Mathias, heeft overgedragen haar vruchtgebruik in een erfpacht van 1 mud rogge uit een huis en erf in de parochie Beerlykem in de pastorie van Belver naast de hei aldaar tussen het erfgoed van de Smeesters kynder aan een zijde en de openbare weg aan de andere zijde, welke pacht Elisabeth, wettige echtgenote van Johannes de Boemell aan Lambertus, zoon van wijlen Johannes de Zoemeren en wettige echtgenoot van Agnes, dochter van wijlen Henricus Janssen, onlangs overgedragen had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0958

1504 januari 4

Anno Domini millesimo quingentesimo tercio

Willelmus de Busco en Jordanus de Boert, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Katherina, dochter van wijlen Lambertus, zoon van wijlen Johannes de Zoemeren, weduwe van Mathias de Rietvoirt Jansse, aan Lambertus en Johanna, kinderen van Katherina en Mathias, had overgedragen haar vruchtgebruik in een erfpacht van 1 mud rogge in een huis en hof in de parochie Beerlykem in de pastorie Belver naast de heide aldaar tussen het erfgoed van de Smeesters kynder aan een zijde en de openbare weg aan de andere zijde. Lambertus en Johanna zijn voor bovengenoemde schepenen verschenen en hebben aan magister Henricus Ghysels ten gunste van Henricus, Jacobus en Elisabeth, zijn natuurlijke kinderen, deze pacht overgedragen, echter op voorwaarde dat Henricus de volmacht krijgt om deze pacht naar zijn goeddunken te beschikken.
Zegels: linkerzegel klein fragment, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 0959

1504 januari 29

anno Domini millesimo quingentesimo tercio

Johannes Monix, zoon van Johannes, en Geerlacus die Roever, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Sophia en Aleidis, zussen, kinderen van wijlen Nycolaus, zoon van wijlen Henricus vanden Broeck, en Elizabeth, zijn vrouw, dochter van wijlen Willelmus Brants, aan magister Henricus Pelgrom ten gunste van Johannes, zoon van wijlen Henricus Stercken de Ravesteyn, verkocht hebben een erfcijns van 4 £, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden vanaf het eerstvolgende feest van Maria-Lichtmis na het verstrijken van een jaar uit:
  1. een huis, erf, hof en houtgewas met zijn afhankelijke goederen in de parochie Bucstel op de plaats Tongeren tussen het erfgoed van Johannes, Mathys soen, aan een zijde en het erfgoed van Michael Troest aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf het erfgoed van Bernardus, Jacops soen, tot aan de gemene gronden,
  2. een zekere beemd, Die Dode Legge, op de plaats Nergentnae tussen de Aa aan een zijde en een einde en het erfgoed van Michael, Aerts soen, en Johannes Lemmens aan de andere zijde.
Deze cijns is verder belast met de volgende verplichtingen:
  1. een cijnshoender, Smaelhoeve genoemd,
  2. een erfcijns die op 4½ stuver begroot wordt,
  3. de grondcijns aan de Heer van Bucstel.
Zegels: beide ontbreken.
Nummer: 1140

1504 februari 8

anno Domini millesimo quingentesimo tercio

Jordanus de Boert en Geerlacus die Roever, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus de Uden, zoon van wijlen Henricus en Aelbertus Keteler, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan, Johannes de Gerwen en magister Johannes de Vladeracken, als proosten van de Onze-Lieve-Vrouwe-Broederschap in die kerk, aan Elisabeth, dochter van wijlen Theodericus de Brabant, overgedragen hebben een kamer met zijn grond en hof in het verlengde van die kamer in dat Cleyn Tolbrugstraetken, van de 10 kamers die daar vroeger aan Petrus Zybrechs toebehoorden, welke kamer ligt tussen het erfgoed van Maria, weduwe van Willelmus vanden Yevelaer, en Willelmus, haar zoon, aan een zijde en het erfgoed van Arnoldus Damensoen aan de andere zijde, samen met het gebruiksrecht samen met anderen van een zekere weg achter die kamers en van een zeker riool dat daar naast het stromende water ligt, welke kamer met zijn grond en gebruiksrechten Adriana, natuurlijke dochter van wijlen Mathias de Hoculem, van Ancelmus de Aken, zoon van wijlen Johannes, verkregen had. Deze kamer met zijn grond en gebruiksrechten staat nu bekend als een huis, erf en hof en ligt tussen het erfgoed van Katherina, weduwe van Gerardus, gewoonlijk genoemd "Gerrit metten Slymmen monde" aan een zijde en het erfgoed van de erfgenamen van wijlen Henricus Paeuwether aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf het genoemde straatje tot aan het water dat daar stroomt en welk huis, erf, hof en afhankelijke goederen en rechten Adriana voor de helft aan de kerkfabriek van de Sint-Jan en voor de helft aan de Broederschap van Onze Lieve Vrouw had geschonken. Henricus, Aelbertus, Johannes de Gerwen en magister Johannes hebben aan Elizabeth beloofd dat als van rechtswege zou blijken dat hieruit meer betaald zou moeten worden dan een grondcijns aan de hertog, geschat op op ½ braspenninck en 1/10 van 2 £ aan Henricus Hoernkens en verscheidene anderen, zij dit voor hun rekening zouden nemen. De overdracht heeft echter plaatsgevonden op voorwaarde dat als Elisabeth het voorgenoemde zal gebruiken als een slecht befaamd gastenhuis, deze kamer, grond en hof aan de kerkfabriek en de Broederschap terug zullen komen.
Dorsaal: pro fabrica ecclesie de Busco van eenre camere after die Tolbrugge (nun fruimus litteras ?) vercoft. (Henrik van Uden)
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1374

1504 maart 12

Goessen Goertssen, Ott van Hoemen, Jan Arntssen, Arnts Goertssen, Dirck Beerntssen en Hernrick Cling, schepenen in Lith, oorkonden dat Cathalyn, wettige dochter van wijlen Corsten Cosyn, en Jacob, haar nicht, wettige dochter van wijlen Jacob Cosyn de volgende deling hebben gemaakt:
  1. Cathalyn zal hebben een hofstad en hof te Lith aan de dijk tussen het erfgoed van Emont Henrickssen aan een zijde en de erfgenamen van Peter Janssen aan de andere zijde, welke hofstad en hof zich uitstrekken vanaf de dijk tot aan de openbare weg met als lasten hierop de herencijns aan de Sinte-Lambrecht tot Ludick en de pacht aan de armen van Lith,
  2. Jacob zal hebben een stukje land, een hont en 1/4 hont land te Lith in de Enghe tussen het erfgoed van Arnt Goertssen boven naast en Lys Claes beneden naast en vanaf het erfgoed van het sinter Claes outaer in de kerk van Lith tot aan het erfgoed van Jan Willemssen met als last de herencijns aan de Sinte-Lambrecht tot Ludick en Cathalyn zal bovendien Jacob geven elk jaar 10 stuivers waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op de eerstvolgende Baemisdag.
Zegel: licht beschadigd.
Nummer: 0960

1504 mei 11

Willelmus de Busco, Henricus Kuyst, Jordanus de Boert en Geerlacus die Hoever, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Johannes Bax, in het bezit werd gesteld door een uitspraak van schepenen in Buscoducis van 8 hoeven die vroeger aan Heer Theodericus Roever, ridder, toebehoorden, waarvan het eerste is tgoet Ten Broecke, het tweede tgoet Ten Culen in de parochie Ryxstel, drie hoeven van die 8 hoeven, namelijk tgoet Ten Caudenberch, tgoet Ten Eynde en tgoet Ten Laer in de parochie Aerle, de zesde hoeve tgoet Ter Asdonck in de parochie Bakel, de zevende tgoet Ten Bergelen in de parochie Doerne in de pastorie Vlyerden en de achtste hoeve tgoet Ten Broecke, welke was van wijlen Heer Johannes de Hoeschot, ridder, in de parochie Zonne en van alle afhankelijke goederen en rechten van die hoeven en ook van de windmolen die vroeger van Heer Theodericus was in de parochie Aerle en van alle afhankelijke goederen en rechten van die windmolen, wegens het niet betalen van een erfcijns van 100 hollandse gulden, welke cijns Arnoldus de Andel en Eustacius de Hedichusen ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan op 8 maart 1400 (feria secunda post dominicam Invocavit, A.D. 1399) gekocht hadden van Heer Theodericus Roever, ridder. Vervolgens had Johannes Bax aan Marcelius de Krieckenbeeck in zijn gheel deze inbezitstelling overgedragen. Marcelius de Krieckenbeeck heeft aan Johannes Bax verkocht ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan de hoeve Ten Laer in de parochie Aerle en de hoeve Ten Broecke in de parochie Zonne met al hun rechten en afhankelijke goederen.
Zegels: 1e, 2e en 3e zegel licht beschadigd, 4e zegel fragment.
Nummer: 0961

1504 mei 17

  1. Henricus de Uden tamquam magister et rector fabrice ecclesie sancti Johannis ... quandam mansum dicte fabrice cum suis iuribus et attinetijs
  2. dicti die hoeve Ter Cuylen ... in parochia de Rycstel ... et pronunc quidam dictus Johannes
  3. Stanssen eundem sub sua locatione seu cultura habet ... locavit ... Petro filio quondam Gerardi vander Hallen
  4. ... ad spacium 2 annorum vel 4 annorum prout hoc dicto magistro ... placebit et in sua electione habebit festum Pentecostes
  5. ultimo preteritum sine medio sequendum hab. et poss. pro censibus fundi necnon circumspectionibus dictis heymingen iuribus vicinorum
  6. ibidem ex dicto manso ... solvendum et ad eundem spectandem ... ac conservandum a dicto Petro dictis annis durantis ...
  7. atque pro 22 modijs siliginis atque sex modijs havene mensure Pelandie necnon 34 florenis
  8. ryns gulden ...
  9. et pro primo solutionis termino a festo Pur. ... proxime futuro ultra annum ...
  10. et dictum siliginem et havenam in Beeck ad locum ... Op Heyst aen die Brugge tradendum ...
  11. Tali conditione ... quod dictus Petrus dictis annis durantis tenebitur tegere ...
  12. si ... necessarium fuerit supra dictum mansum ... anno quolibet 12 vymas recti straminis. Si vero
  13. in tegendo ... illas 12 vymas non fuerint necessarium quod ut tunc illas 12 vimas vel tantum de hijs quantum
  14. supererit tenebitur deliberare dicto magistro ad opus dicte fabrice ... Testes ... scabini in Buscoducis
  15. Henricus Kuyst et Jordanus de Boert. Datum 17 ... mei
  16. 1504.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
N.B.: verband met 1496 oktober 21, 1500 juli 20, 1508 ? januari 27.
Nummer: 1646

1504 juni 1

  1. Johannes de Hoerne Dei et apostolice sedis gratia Episcopus Leodiensii ...
  2. nobis nuper pro parte dilectorum nobis in Christo magistrorum ... fabrice ...
  3. ecclesie nostre collegiate et parochialis beati Johannis ... oblata peitio continebat qualiter dicta
  4. fabrica habeat et ab antiquo teneat certum a. et h.r. sexaginta librarum ...
  5. ad et supra certa bona feodalia cuidam Nicholao de Nyspen pronunc spectantia in Roda sancte Ode ...
  6. et illustrissimo domino Philippo Austrie duci Boirgondie
  7. Brabantie etcetera a quo ratione sui ducatus Brabantie in feodum relavantur ad nonnula dum casus occurerit prestanda gravia sequentia
  8. obligata ypothecatum et affectatum (U ? m) cum pretacta bona etiam antiquori redditu octo modiorum siliginis mensure ... de Rode
  9. alijs sint personis obligata ac illorum domus et edificia reparatione non modica indigeant annuatim Adeo quod parum et (interdum ?) nichil
  10. ultra onera prenarrata ipsis possessoribus pro illorum cura ... remaneat aut crescat imbursam sive retinendum unde ipsi exponendum
  11. (uti ?) similiter (tenenet ?) per prefatum Nicolaum aut eius successores dictorum bonorum possessores temporibus servitorum ut prefertur prestandorum reparationemque
  12. et aliorum onerum incumbentibus simul occurentibus bona huiusmodi dimittere et et desertoe et sic tandem eandem fabricam non parum dampnificari
  13. posse committantes igitur pridem ijdem exponendum cum prenominato Nicolao super de quitatione seu redemptione pretacti redditus
  14. mediante vigintiquinque libris ... pro unaquaque librarum earundem solvendum per ipsum Nicolaum facienda eundem ad illam
  15. (subtinendum ?) paratum invennerant si ad id nostra suffragaretur auctoritas etcetera quia ut eadem subiunxit petitio dicti exponentes (alebi ?) tam bonum
  16. meliusque ypothecatis et pro (minori ?) petitio habendum reperire non dubitant ubi nuulium eis aut saltem tam verisimile periculum latere potest. Nobis
  17. propter humiliter supplicavint ut ipsis in et (curia ?) premissa nostros consensum pariter et assensum (impertriri ?) vellemus et dignaremur
  18. unde nos Johannes episcopus ...
  19. supplicationum predictorum exponentium
  20. iustam et rationi consonam fore attendendum prenominatis exponendis. Quatenus ipsi redditum 60 librarum ut premittitur ad et supra bona
  21. predesignata ypothecatum per antedictum Nicolaum eiusvero posterios eorundem bonorum possessores mediantibus scilicet vigintiquinque
  22. libris pro unaquaque librarum huiusmodi redimi ... promittere ...
  23. nostra ordinaria auctoritate tenore presentium indulgevimus ac liberam
  24. concedimus facultatem. Ita tamen quod dicti exponentas pecunias redemptione ... provenientes ad maiores profectum
  25. et utilitatem dicte fabrice in alios redditus hereditarijs bene et legaliter ypothecatos et non alias convertere ... tenebuntur.
  26. In cuius rei testimonium sigillum nostrum ad causas presentibus duximus appendendum. Datum anno a Nativitatis Domini millesimo quingen-
  27. tesimoquarto mensis junij die prima.
Dorsaal: want die meesters vander fabrique van Sint Jans Evangeliste kercke in sHertogen bosch sculdich zyn die penningen gecoemen vanden afquitinge vanden LV libris payment geruert int blanck van desen brief weder omme te beleggen in anderen erfrenten uuyt crachten van dezen orlof brief (ut patet intu endum ?) zoe hebben zy gequeten in profesto Thome anno quarto een erfrente van (XIIII ?) Rijnsgulden die die voirseyde fabrique erffelick geldende was uuyt allen der kercke gueden den penninck XIX Met eene somme van (LXXVI) Rijnsgulden prout in libro seu prothocollo magistri Petri de Os secretarij de dato XX decembris anno quarto. H. de Uden
Noch hebben die kerckmeesters gecocht XXIII decembris anno (?) een erfrente van (VII ?) Rijnsgulden tegen Cristine dochter wijlen Wilhems Pyckevet prout in prothocollo magistri Simonis Coudeberch. H. de Uden Noch hebben die kerckmeesters gequeeten ende afgeleegt vier libras payments die dese fabrique erffelick geloeft hadde te betaelen Jannen Kemp gelaesmeker prout in principali fabrice folio (CC XXXI ?) H. de Uden.
Noch hebben die kerckmeesters voirseyt vercregen een erfrente van V oude scilden van eene erfrente van X oude scilden die men gilt (?) tot Beeck by Aerle prout in registro principali fabrice folio verso ? en in literis scabinalibus quas habeunt magistri fabrice. Noch hebben zy gequueten een erfrente van XIII gulden IIII ? stuivers die zy erffelick geldende waeren prout in registro principali fabrice folio verso IIC XLI et in literis principalibus quas Re ? magistri fabrice ? H. de Uden
Noch hebben die kerckmeesters gequeten uuter hoeven ter Cuylen VII (½) ouden schilt. Noch hebben zy gequeten VI mudden rogs uuter hoeven te Cleynen Laer. Noch hebben zy gequeten aenden heyliggeestmeesteren vanden bosch V mudden rogs erffelyck metten afterstel ende dair voir betaelt in novembri II ? LXV gulden tot XX stuivers 't stuck (H. van Uden)
Zegel: licht beschadigd
Nummer: 1647

1504 juli 8

Willelmus de Busco en Henricus Kuyst, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat zij een akte van Johannes de Berkel en Goeswinus Moedel vander Donc, gedateerd 1422 oktober 20, gevidimeerd hebben. Reynerus, zoon van wijlen Henricus Kottens, is voor de bovengenoemde schepenen verschenen en heeft verklaard dat hij de gevidimeerde akte ten gunste van hem zelf en van Willelmus Kottens Janssen in bewaring houdt en hij heeft aan Wilhelmus beloofd dat hij hem deze akte zal overhandigen zo vaak als deze ze voor de uitoefening van zijn rechten nodig heeft, echter op voorwaarde dat als Willelmus zijn recht gehaald heeft hij de akte aan Reynerus zal teruggeven die ze voor hun beider gebruik in bewaring zal houden.
Zegels: linkerzegel fragment, rechterzegel licht beschadigd.
N.B.: Zie voor de gevidimeerde akte de datum waarop deze akte opgesteld werd.
Nummer: 1375

1504 juli 8

  1. Nos Willelmus de Busco et Henricus Kuyst, scabini in Buscoducis, notum facimus ... quod nos quasdam litteras scabinorum de Buscoducis ...
  2. vidimus ... tenorem qui sequitur ... Henricus filius quondam Jacobi filius quondam
  3. Pauli ... Rover teschmekerssoen de Vladeracken leg. et her. vendidit Rodolpho ... de Breda frunitore a. et h.
  4. c. 8 £ ... in festo
  5. beati Martini hyemalis et pro primo solutionis termino a festo beati Martini ... proxime futuro ultra annum ex domo area
  6. et orto ... supra aggrem Vuchtensem inter her. Elisabeth ... vanden Hecke e.u.l. et inter her.
  7. liberorum quondam Gerardi ... die Hoest e.a.l. tendendum a communi platea ad aquam ... fluentem de qua domo et area dictus Henricus
  8. venditor unam medietatem erga Theodericum suum fratrem acquisierat ...
  9. et aliam medietatem sibi de morte suorum quondam parentum iure succ. her. advolutam ... qui
  10. domus areaet ortus nunc siti sunt ibidem inter her. Peter ... vanden Ecker e.u.l. et inter her. Florencij dicti
  11. Coelborner e.a.l. ...
  12. Tali conditione apposita quod dictus census post obitum Rodolphi predicti et Hille
  13. sue uxoris filie quondam Johannis Fioler amborum ... ad heredes dicti Rodolphi integraliter her. iure succedat
  14. et devolvatur prout dictus Rodolphus emptor hoc palam recognovit. Testes ... scabini in Buscoducis Johannes
  15. de Berkel et Goeswinus Moedel vander Donc. Datum vicesima die mensis octobris A.D. 14
  16. 22. ... Constitutus igitur coram
  17. nobis Reynerus filius quondam Henrici Kottens palam recognovit dictas litteras ad opus sui et ad opus Willelmi
  18. Kottens Janssoen sub certa sua custodia tenere et habere. Promittens ... Reynerus ... quod ipse eidem Willelmo supradictas
  19. litteras tradet et porriget et concedet ... quotiens totiens dictus Willelmus predictas litteras indigebit ad ius suum
  20. cum eisdem litteris ... perficiendas. Tali conditione annexa quod dicbus Willelmus opus suum cum dictis litteris
  21. perfeceritur ... aut prosecutus fuerit extunc dictas litteras reddet ... Reynero ... sub
  22. eiusdem Reynori antedicta sua certa custodia ad opus sui et ad opus supradictum Willelmum iuxta modum pre expressum deinceps
  23. permansuris nisi eedem littere per incendium aut alias per notorium infortunum perierit. In cuius rei testimonium nos scabini predicti
  24. sigilla nostra hijs presentibus litteras duximus appendendum. Datum autem visionis nostre predictarum litterarum octava die mensis julij
  25. A.D. 1504.
Dorsaal:
  1. Willelmus Kottens Janssoen
  2. noch van den IIII libras
  3. op ten Vuchterendyck VIII £ Martini Numero 79 (Vander Weeghe)
  4. 68 verso
  5. folio 58
  6. 89
Zegels: linkerzegel fragment, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 1375

1504 augustus 14

Eloy Peters en Ghysbrecht Vein, schepenen in Tilborch en Goerl, oorkonden dat Henrick, zoon van wijlen Henricks van Dun, Heylwich, zijn zus, voor hen zelf en voor Beelen, hun zus, en Ghertruyt, hun zus met met haar voogd, beloofd hebben dat zij de nalatenschap van hun ouders en alle rechten daarop, zowel van roerende als onroerende goederen aan Hennick Aelbrecht Goyarts overgedragen hebben.
Zegel: licht beschadigd.
Nummer: 0962

1504 november 20

  1. Wy Dirck die Borchgreve Gerit Kuyst ende Merten van Campen, scepenen in sHertogenbossche doen condtdat voer ons gecompareert zyn geweest
  2. Marcus Hess van Vlensborch Dirck van Gulpen Aert van Bladel, Dionys van Bladel Mathys Francken Jan vanden Boegaert ende
  3. Berthout Claessoen ende hebben ter instancien Willems Baliaert by manissen des richters unders hueren eede daer toe voer ons gerichtelyck
  4. ... getuycht ... waer te zijn dat hier nae volgt inden iersten tuychde Marcus voirseyde dat Jan Baliaert Berthoutssoen
  5. gecomen is geweest opter (Elven?) inden lande van Holsten ende heeft gecoft tegen hem die tuycht anderhalfhondert ossen op condicie
  6. te weten dat Jan hem die tuycht ten Bossche borge setten soude voer die penningen te betalen daer hy die tuycht mede te vreden soude
  7. zyn ende soe verre hy des niet en dede soe soude hy die tuycht die ossen wederom aenveerden als voer zyn eygen guet ende hy alhier
  8. ten Bosch comende hebben Willem Baliaert ende Peter Baliaert die ossen aengeveerdt ende hebben hem daer voer die penningen geloeft te
  9. betalen ende Jan nyet ende en hadde alsoe hy die tuycht mit Jannen als van dien ossen niet te doen ende dat dat is vanden ossen daer
  10. omme dat Willem ende Peter voirseyde dingaftich waeren. Ende dat die selve Willem ende Peter hem daer op betaelt hebben omtrent vierhondert
  11. Rynsgulden ende vanden rest hebben zy hem voerts hantscriften gegeven hebben. Item tuychden Dirck ende Aert voirseyde hen kenlick te zyn dat
  12. Willem ende Peter Baliaert voerseyde geloeft hebben Marcus Hess voirgenoemde te betalen alsulcke ossen als Jan Baliaert Berthoutszoen tegen den selven
  13. Marcus gecoft hadde ... ende dat zy hen hatekening daer af moesten geven. Ende dat hen oeck kenlick is dat Willem
  14. ende Peter voirseyde den selven Marcus drie packen lakens daer op betaelt hebben. Item Dirck ende Dionys voirseyde tuychden hen kenlick te zyn dat
  15. Cornelis vanden Hoevel zwager Francs die scepper die selve ossen heeft gedreven omme die te vercoepen. Item tuychden Mathys Francken ende
  16. Jan vanden Bogaert voirgenoemde dat zy hebben hoiren seggen dat Cornelis vanden Hoevel voirseyde dese ossen wech hadde gedreven omme die van
  17. wegen Peter Beliaerts te vercoepen. Mer hen is kenlick dat se daer nae daer by ende aen zyn geweest daer Cornelis Peter ende Willem
  18. voirseyde mit Jannen Keverlinck hebben gerekent ende dat die selve Jan Kemerljnck bewesen waert aenden selven Cornelis hondert gulden te
  19. bueren ende dat Cornelis tot Jannen seyde dat hy mit hem ginge hy soude hem die hondert gulden geven ende dat die selve Cornelis bekende
  20. die ossen inden name Peters voirseyde vercoft te hebben ende die penningen vanden ossen te hebben ontfangen. Item tuychde Berthout Claessoen
  21. voirseyde hem kenlick te zyn dat Cornelis voirseyde dese ossen van wegen Peters Baliaerts wech gedreven heeft omme die van zynen wegen
  22. te vercoepen ende dat hy daer by ende aen is geweest daer Cornelis voerseyde die hondert gulden voirgenoemde Jannen Kemerlincs van wegen Peters
  23. Baliaerts geloefde te betalen. ... Gegeven opten twintichsten
  24. ... novembris 1504.
Dorsaal: geen aantekening .
Zegels: alle 3 licht beschadigd.
Nummer: 1376

1504 december 20

  1. Symon filius quondam Johannis filij quondam Andree de Noddevelt a. et h. c.
  2. quatuordecim et dimidij ... rijns gulden ...
  3. quem censum predictum Henricus de Uden et Aelbertus Keteleere tamquam magistri fabrici ecclesie
  4. sancti Johannis ... promiserunt dicto Symoni ...
  5. ex omnibus et singulis bonis
  6. mobilibus et immobilibus ... ad dictam fabricam spectandem ...
  7. leg. et her. supportavit dicto Henrico ... ad opus dicte
  8. fabrice ...
  9. Testes scabini in Buscoducis Theodericus die Borchgreve et Franco de Langel
  10. Datum vicesima decembris anno Domini millesimo quingentesimoquarto
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel onbeschadigd.
Nummer: 1377

1505 februari 16

Mathys Berthen en Ghysbrecht Vervie, schepenen in Tilborch en Goerl, oorkonden dat Ghertruyt, dochter van wijlen Henrick van Dun en van Ghertruyen, aan Henrick Aelbrecht Goyaertssen overgedragen heeft al de roerende en onroerende goederen die zij geërfd heeft of erven zal van haar ouders en van Belen, haar zus.
Zegel: zwaar beschadigd.
Nummer: 0963

1505 april 25

Dirck die Borchgreve, Marten van Campen en Jan van Erpe, schepenen in sHertogenbossche, oorkonden dat Peter Baliart aanspraak had gemaakt op huisraad, koren en andere roerende goederen van wijlen Jan Baliart Barthouts soen, wegens een bedrag van meer dan 750 ryns gulden waarvoor Peter en Willem, zijn broer, zich als borgen hadden opgesteld en een deel hebben afbetaald en een deel hebben beloofd hebben te betalen en na de weduwe van Peter gehoord te hebben, schepenen hebben gevonnist dat de inbeslag genomen goederen vallen onder de ontheffing van de borgtocht.
Zegel: (opgedrukt) ontbreekt.
Nummer: 0964

1505 april 25

  1. Alsoe alhier voer Scouthet ende scepenen in recht Peter Baliart aenspraeck gedaen
  2. hadde op sekeren huysraet coren ende andere gerede have ende gueden Jannen Baliart
  3. Barthoutssoen inder tyt syns levens toebehoerende ende ter instancien des voerseyde
  4. Peters beslaigen als voere sekere groote sommen van penningen gedraigende boven
  5. VIIc ende vyftich ryns gulden dair voer die voerseyde Peter ende Willem zyn brueder
  6. hen als borgen hadde verbonden ende eensdeels daer af hebben betaelt
  7. ende voerts tot sekeren daigen geloeft te betaelen concluderende alsoe die voerseyde
  8. Peter inder selver zynen aenspraecken dat die voerseyde beslagenen gueden naegaende
  9. der scadeloes geloeften daer af gedaen gehouden souden wesen inder ont-
  10. heffinge der borchtochten vande sommen voerseyde nae inhoude der aenspraecken
  11. by eenen papieren cedulle daer op overgegeven ende mits dien die weduwe
  12. des voerseyde Jan Baliart nae dien haer den wete was gedaen daer af hair
  13. hant lichten soe procedeerden voerts die voerseyde Peter leidende zyn waerheit
  14. ende soe verre dat die scepenen ondergescreven ter manissen des scouthen voerseyde huir
  15. vonness daer op hebben gegeven als hier naevolgt. Te wetenen dat die voirseyde
  16. beslagenen gueden gehouden zyn inder ontheffinge der borchtochten vanden
  17. sommen voerseyde by Peteren voerseyde voer vanden Baliarts gedaen van welcken vonnesse
  18. den dorden dach overleden es, oerconden waeren hier over scepenen in sHertogen-
  19. Bossche, Dirck die Borchgreve, Marten van Campen ende Jan van Erpe.
  20. Gegeven opten XXVten dach der maent van aprill int jaer XVc ende
  21. vive.
Nummer: 0964

1505 juni 17

  1. Alzoe geordineert is byden heeren Scepenen vanden Bosch datmen alle erffenissen diemen mit recht vercoepen zall nae dien dat coep
  2. bejaert ende bedaicht zal zyn wederomme zal veylen voer der heeren huys inden Bosch ende inde prochien daer die erffenisse
  3. gelegen zyn ende daer op sitten omme die vercoft te werden den meesten daer voer biedende zoe hebben die meesters der
  4. fabrycken ... ende Synt Jans ... nu wesende en sondach lestieden den
  5. vyftiensten dach der maent junij int jaer 1505 doen veylen voer der heeren huys in deser stadt tot
  6. Helmont Synt Oeden Rode, Zonne Aerlebeeck ende Rycstel twee hoeven deen gelegen inde prochie van Aerle ...
  7. Ten Cleynen Laer ende dander ... inde prochie van Zonne Ten Broeck die zy mit vonnisse ende mit
  8. recht opgewonnen hebben ende den coep inden recht genomen 11 mei 1504
  9. voer een somme van 1000 holl. gulden eens ende een dordendeel van 100 gouden holl. gulden erffelick
  10. ende voer die costen van recht op huden desen dach om die te vercoepen ...
  11. zoe zijn in presentien van ons scepenen ondergescreven Henrick van Uden ende Aelbert Keteleer ... meesters der voirseyde fabrycken
  12. gecompareert omme te vercoepen die voirseide twee hoeven den meesten daer voer biedende die ure tusschen 2 en 3
  13. verwacht inden huyse Jans Carners ende heeft Henrick van Uden als kerckmeester voirseyde geboden voer die hoeve Ten
  14. Cleynen Laer 500 hollantsche gulden eens ende een zestedeel van 100 hollantsche gulden erffelyck
  15. et onera ...
  16. zoe is die voirseyde hoeve Ten Cleynen Laer den voirs. Henricken van Uden als kerckmeester
  17. gebleven ... Ende heeft geboden ... Henrick ... voer die voirseyde
  18. hoeve Ten Broeck in Zonne ...
  19. Ende is alsoe die voirseyde hoeve gebleven
  20. ... Geritden Moens. Getuygen ...
  21. scepenen in Shertogenbosch, Dirck die Borchgreve, Henrick die Leeuwe ende Merten van Campen. Gegeven ...
  22. 17 juni 1505.
Dorsaal: geen aantekening.
N.B.: verband met 1486; 1510 januari 23; 1505 oktober 6; 1504 mei 11.
Nummer: 1378

1505 juni 23

Gerardus Kuyst en Martinus de Campen, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Michael, zoon van wijlen Everardus van Vaerlaer, Goeswinus Buck, Tielmannus, zoon van wijlen Cristianus Weygerganck, en Johannes van Ophoven, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Petruskapel, daartoe gemachtigd, aan Theodericus, zoon van wijlen Reynerus Goyartssoen vander Graft, heeft overgedragen een erfcijns van 5 £ van een erfcijns van 6 £ uit:
  1. een morgen grond in de parochie Littoyen op de plaats Palkenhoeve aan beide zijden tussen het erfgoed van Tielmannus de Zonne,
  2. een morgen grond tussen de voornoemde morgen aan een zijde en en het erfgoed van Lambertus vanden Hezeacker aan de andere zijde,
welke cijns Margareta, weduwe van Reynerus Aertssen, korenkoper, aan die fabriek in haar testament vermaakt had en de meesters van de kerkfabriek hebben aan Theodericus beloofd dat in het geval die 5 £ uitgewonnen zullen worden, zij hem 25 peters zullen betalen.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0965

1505 juni 23

  1. Michael filius quondam Everardi van Vaerlaer, Goeswinus Buck, Tielmannus filus quondam Cristiani
  2. Weygergaflck et Johannes van Ophoven tamquam magistri ... fabrice capelle sanctorum Petri
  3. ... potentes ad hoc ... a. et h.
  4. c. 5 £ ...
  5. de a. et h.c. 6 £ ...
  6. de et uno iugere terre ... in parrochia de Littoyen in loco dicto
  7. Palkenhoeve inter her. Tielmanni de Zonne e. utroque l. Item adhuc ex uno iugere
  8. terre ... inter juger terre predictum e.u.l. et inter her. Lamberti vanden
  9. Hezeacker e.a.l. quem censum iamdictum Margareta relicta ... Reyneri Aertssoen emptoris
  10. bladorum erga Tielmannum de Zonne filium quondam Henrici de Zonne emendum acquisierat ...
  11. et quem censum iamdictum
  12. ... Margareta eidem fabrica in suo testamento legaverat ... leg. et her.
  13. supportaverunt Theoderico filio quondam Reyneri Goyartssoen vander Graft ...
  14. deponent omnino promiserunt insuper dicti Michael
  15. ... in casu quo dictus census 5
  16. £ eidem Theoderico via iuris emerteretur quod extunc dabunt et solvent eidem Theoderico viginti
  17. quinque denarios peters comm. vocatos 18 ... stuvers ...
  18. Idem Theodericus dictum censum 5 £ dicte fabrice supportabit ac supportare tenebitur
  19. Testes ... scabini in Buscoducis Gerardus Kuyst et Martinus de Campen. Datum vicesimatercia
  20. die mensis junij, 1505
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0965

1505 juli 17

  1. Quod Anno a Nativitate Eiusdem Domini millesimo quingentesimo quinto ... mensis julij die decima
  2. septima ...
  3. constitutus ... Aelbertus filius quondam
  4. Hermanni Keteler opidanus opidi de Buscoducis ...
  5. in quadam papiri cedula qi ydeonate theutoni-
  6. cali conscripta continetur suum fecit ... testamentum ...
  7. cuius vero cedule tenor quo ad certas clausulas inter cetera particularia legata inibi
  8. comprehensas sequitur et inchoatur modo et forma subsequente. ...
  9. Ick Aelbert Ketheleer soen wilnere Herman Kethelers poirter der stadt van sHertogen-
  10. bosch ...
  11. Inden yersten beset ick Sunte Lambert tot Ludick ... thien stuvers eens
  12. nae mijnre doot te betalen. Item ick beset der fabrycken van sunte Jans kercke ... twentich
  13. Ryns gulden ... eens nae mijnre doot te betalen. Item ick besette noch
  14. der fabrijken van Sunte Jans ... enen erfchyns van vyff ponden payments
  15. ... die ick geldende hebbe opten Vuchterendyck tusschen beyde
  16. die poirten aldair ende welken chyns Ick Aelbert voirseyde vercregen hebbe tegen Hillegot wedue Pouwels
  17. Pouwelssoen des nastelmekers. Item noc beset ick der fabryken van Sunte Jans ... enen erfchyns van drie
  18. ponden thien scillinghen ende negen penninghen ... van enen erfchyns van vier ponden ...
  19. uut huys erve ende hoff ...
  20. opten Vuchterendyck welken chyns Ick Aelbert voirseyde tegen Philipsen soen Korstiaen Coenen
  21. vercregen hebbe ... Item noch beset ick der fabryken voirseyde enen
  22. erfpacht van enen mudde roggen ... dwelck ick geldende hebbe in die prochie van Oerschot
  23. ter plaetsen ... Spoerdonck welck mudde ... ick ... tegen die erfgenamen van Belen
  24. huysvrou was Jans die coster vercregen hebbe. Item noch enen erfpacht van enen mudde roggen der
  25. maten van Oerschot ... ende ghilt nu ter tyt Claes her Philips uut sekeren erffenissen
  26. tot Oerschot gelegen welken pacht ick ... vercregen hebbe tegen die erfgenamen Stuken Wedu
  27. Jacob Gielys ... terstont nae dode van my ...
  28. erffelyc te hebben. Met condicien ... dat die fabryckmeesters van Sint Jans kerck voirseyde
  29. ... metten voirseyde vijff ponden drie ponden thien scillingen negen penningen een mudde ende een
  30. mudde roggen erffelyck ten ewigen daghen sullen onderhouden ... een wassen kersse van vier
  31. ende een halff pond wass voir dat heylige Sacrament in sunte Jans Kercke ... op den middelsten groten
  32. metalen candeler die ick ... dair hebbe doen maken ende setten recht voir dat heylige sacrament
  33. tot sunte Bartholomeus altair waert welke kersse sal borren alle daghe ten ewigen dagen des avonts soe
  34. wanneer men onser Liever Vrouwen loff in die voirseyde sunte Jans kerck sal singen ende oick alle sondage
  35. ende heylige dage onder der hoomissen ende vesper. Ende desgelycx alle donredaghe onder der missen diemen
  36. singt voir theylige sacrament vanden welken die coster vander bruederscappen vanden heyligen sacrament
  37. in Sint Jans kerck ten tyde wesende jairlix sal hebben anderhalff pont voir synen arbeyt
  38. voirseyde kerssen ... te ontsteken ende uut te doen. Ende oick omme die sorge dair aff
  39. te dragen soe wanneer die selve kersse op twee voeten nae verbrant sal zyn wederomme te doen vermaken
  40. vander groetten van vier ende een halff ponden ...
  41. Acta fuerunt hec in
  42. domo inhabitacionis dicti testatoris ... apud forum ...
  43. presentibus ... Godefrido Byerkens filio
  44. quondam Godefridi et Johanne filio quondam Ghiselberti de Loen opidanis ... de Buscoducis ...
  45. Et ego Jacobus de Fine clericus Cameracensis diocesis ...
  46. notarius ...
Dorsaal:
  1. 68
  2. Numero 78 (Vander Weeghe)
  3. folio 57 verso
  4. folio 58
  5. N. Legger folio 122
Nummer: 1648

1505 augustus 8

Acta ... in domo mei ... retro chorum ecclesie ... sancti Johannis Evangeliste

Notaris Nycolaus Hoyberchs de Bladel, clericus van het bisdom Leodium, heeft op verzoek van de officiaal van Luik, gedateerd op 1504 januari 3, een officiëel instrument gemaakt op basis van het protocol van het testament dat Arnoldus, zoon van wijlen Reynerus, korenkoper, en Johanna, zijn vrouw, wettige dochter van wijlen Jacobus Jacopssen, door wijlen Waltherus Bloyman op 1492, maart 14, hadden laten opstellen en waarvan Waltherus door zijn dood nooit een officiële akte heeft kunnen maken. De officiaal heeft zijn schrijven gericht aan Nycolaus Hoyberchs de Bladel na overhandiging van sommige protocollen van wijlen heer Waltherus Bloymans namens Goeswinus Buck, Michael de Vaerlaer, Tielmannus Weygerganck en Johannes de Ophoven, dekens van de Sint-Pieterskapel en de gelijknamige broederschap in Den Bosch. Na het einde van het door Waltherus in protocol opgestelde testament schrijft Nycolaus Hoyberchs de Bladel: Preterea designatio dictorum tam interlinealiter quam in margine positarum in prenarrato registro sequitur in hunc modum. In primis videlicet in quadragesima regula a principio huius insertionis computando descripte sunt hec dictiones interlinealiter: "eadem sua uxor ante dictionem habeat, et post dictionem reliquerit". Item in regula quadragesima prima in margine "sed habebit potestatem faciendum cum domus utensilibus prout sibi placuerit post dictionem relinquendum et ante dictionem et post". Item in quadragesima secunda regula "eorundem bonorum acquisitorum et omnia alia sua bona hereditaria et mobilia ipsius Arnoldi cedant ante dictionem partim fabrice et post alia medietate". Met als getuigen: Johannes de Gheldrop en magister Arnoldus Coelberti, clerici van het bisdom Leodium.
Dorsaal:
  1. Testament Aert Reyners mentionerende van een huyse gelegateert den Jacobijnen staende inde Korenstraet ende van die huere te copen staet een pleyt toeffs tot behoeff der peregrijnen. (Vander Weeghe ?)
  2. pro capella beatorum Petri et Pauli.
N.B.: Zie voor de inhoud van het in deze akte geïnsereerde testament op de datum waarop het protocol opgesteld is, 1492 maart 14.
Nummer: 1841

1505 augustus 19

Martinus de Campen en Johannes de Erpe, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat dezelfde Martinus de Campen, Lambertus die Wolff en Johannes die Wolff als voogden van de kinderen van wijlen Johannes Pels, zoon van wijlen Ghysbertus Pels, daartoe gemachtigd door het testament van Johannes Pels, aan Johanna, weduwe van Johannes die Wolff, dochter van wijlen Lambertus de Beerse, overgedragen hebben een erfpacht van 10 zester rogge, welke Nicolaus van Herenthom verschuldigd was aan Aelbertus van Beke Willemssen en Margareta, zijn vrouw, dochter van wijlen Geerlacus de Keeldonck, uit het tiende deel dat aan Albertus en Margareta toebehoorde in een zekere hoeve tgoet Te Herenthom in de parochie Sint-Oedenrode op de plaats Te Houthem tussen het erfgoed van Godefridus de Vos aan een zijde en het erfgoed van het convent van Bynderen aan de andere zijde en uit alle afhankelijke goederen van die hoeve, welke pacht Johannes Pels, zoon van Ghyselbertus, van Elisabeth, dochter van wijlen Willelmus de Eyndoven, en Goeswinus de Elsthem verkregen had.
Zegels: beide ontbreken.
Nummer: 0966

1505 augustus 26

Gerit Kuyst en Franck van Langel, schepenen in sHertogenbosch, orkonden dat Henrick van Uden, als meester der kerkfabriek van de Sint-Jan, aan Goyaerden Goyaertszoen van Stockele verpacht heeft een windmolen te Eerssel voor een periode van 12 jaar, ingaande op de eerstvolgende Remeysdach confesseurs, op de volgende voorwaarden:
  1. jaarlijke pacht van 35 mud rogge, Eerselse maat, te betalen op Pasen en Sint-Remeis, waarvan de eerste betalingstermijn zal zijn het eerstvolgende feest van Pasen,
  2. Goyaert zal jaarlijks het klooster Caudewater betalen 2½ mud rogge en Jannen die Wolf 7½ mud rogge, welke pachten de kerkfabriek zal korten op haar eigen pacht,
  3. het timmerwerk aan de molen zal de kerk voor haar rekening nemen behalve dat Goyaerd de timmerlui mondkost zal geven en indien de molen langer dan 3 dagen stil staat zullen de kerkmeesters Goyaird naar verhouding korten op de door hem verschuldigde pacht,
  4. Goyaert zal verplicht zijn het huis in dezelfde goede staat te houden als hij het nu aanvaardt,
  5. Als Goyaert gedurende deze 12 jaar sterft zal de pacht beëindigd worden binnen een half jaar na zijn dood, als Goyaert zal sterven voor Pasen, zal de pacht beëindigd worden op Sint-Remeis,
  6. Goyaert zal de molen ook gehouden zijn te bewaren in storm en andere ongevallen,
  7. Goyaerd zal schuldig zijn Maria-Lichtmis, Maria Ten Hemel Opneming en het feest van Sint-Jan Evangelist te vieren binnen de korsdagen en als dat door gebrek aan wind niet mogelijk is zal de molenaar een vergoeding mogen geven met was of iets anders doen wat zijn geweten ingeeft,
  8. Als de kerkmeesters of de molenaar de pacht nog eens met 6 jaar willen verlengen zullen ze dat een jaar van te voren aankondigen.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel zwaar beschadigd.
Nummer: 1379

1505 september 12

Theodericus die Borchgreve, Henricus die Leeuwe, Martinus de Campen en Johannes de Erpe, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat heer Nycolaus Hoyberchs, priester, door een uitspraak van schepenen in Buscoducis, in het bezit werd gesteld van een huis, erf, hof en aangrenzend achterhuis dat vroeger was van Johannes, zoon van wijlen Petrus Corten, op het einde van de Hynthamerstraat bij de Sint-Anthoniuskapel tussen het erfgoed van Henricus, gewoonlijk genoemd Inde Reyse Naelde aan een zijde en het erfgoed van die kapel aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de Hynthamerstraat tot aan het erfgoed van Aleydis de Gennep, omdat Johannes in gebreke was gebleven bij de betaling van seen erfcijns van 7 £, welke cijns Arnoldus, zoon van wijlen Johannes de Berze, van Johannes, zoon van Petrus Corten, en dat vervolgens Nycolaus aan Marcelius de Kriekenbeeck deze inbezitstelling in zijn geheel had overgedragen en dat vervolgens Marcelius aan heer Nycolaus vervolgens dit erfgoed heeft verkocht. De verkoop heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat dit erfgoed onderworpen blijft aan het land- en burenrecht samen met andere wereldlijke goederen.
Zegels: 1e en 3e zegel ontbreken, 2e en 4e zegel licht beschadigd.
Nummer: 1380

1505 oktober 6

Daem die Lu, Jan vanden Laer, Dirick vanden Vyfeyken, Henrick Vereyken, Ghysbrecht vander Asdonck, Henrick Joseph en Jan, soen Jans vander Zantvoert, scepenen in Aerle, oorkonden dat Geryt Peter Steenbeckerssoen en Willem, zoon van wijlen Peter Jordens, aan Claessen Henrick Claes Roefs soen een stuk land in de parochie Aerle By Den Laer met een zijde naast het erfgoed van de erfgenamen van Diricks Sluwen Berthouts soen en met de andere zijde naast het erfgoed van de erfgenamen van Ghysbrechts Ansum Peters, zich uitstrekkende tot de weg met als last een grondcijns van een ½ braspenninc.
Zegel: licht beschadigd.
Nummer: 0967

1505 december 24

  1. Wy Jan Kanapaert Janssoen, Lambert Bogaert ende Jan Keymp, scepenen in sHertogenbossche, doen condt eenen yegelycken alzoe Jan Bax als procureur ende gemechticht mids letteren van procuratien hem vanden
  2. Meesters der fabriken der kercken Synt Jans ... gegeven voer den onderscouthen ende scepenen der selver stadt inden recht eertyts hadde aengesproken Claessoen Henricks
  3. Claessoen ende Joesten Goeyartssoen vanden Horrick seggende ende concluderende dat die selve Claes als bruycker der hoeven te Cleynen Laer inde prochie van Aerle ende Joest voergenoemt als bruycker der hoeven ten
  4. Broeck ... inde prochie van Sonne ... sculdich souden zyn aen te leggen ende te betalen eenen erfchyns van 100 gouden florynen ...
  5. welcken chyns voertyden Heere Dirck die Roever riddere wittelick ende erffelick vercoft hadde Arnden van Andel ende Staessen van Hedichuysen tot behoef der vorseyde fabriken
  6. te betalen alle jaere ... van ende uuyt den hoeven voirseyde ende meer anderen onderpanden te samen mitten behoerliken afterstel ...
  7. van welcken processe naden verantwoirden by meester Lambert Millinck als verstendere des bruyckers der hoeven Te Cleynen Laer ende Jan die Greve
  8. als verstender des bruyckers der hoeven Ten Broeck ... dair op gedaen conde ende wairheyt te beyden zyden daer op geleydt zynde tvonnisse der heeren scepenen ten tyde zynde den voirgenoemde procureur
  9. inden name dat hy ageerde mede ende den vorstenderen voirgenoemt is tegen gewesen ende welck vonnisse inden selven meester Lambertden als voirstendere des voirseyde laets vander hoeven Te Cleynen Laer ter executien
  10. was gestelt die selve meester Lambert daer op een tegenseggen dede ende des borgen stelde ende nae dien tproces vanden selven tegenseggen conden ende waerheit te beyde zyden daer op geleydt zynde was
  11. gesloten ende een uyterlycke ... vonnisse byden heren scepenen tot dier tyt wesende daer op gegeven was. Soe screef die voirseyde stadt mit hueren missivebrieve ten versueke des voirseyde procureurs oft fabryck
  12. meesters aan den bruycker der voirseyde hoeven Te Cleynen Laer ende den selven overseynde sulck costen van recht als byden voirseyde procureur inder procedueren des tegenseggens was gedaen tot dien eynde dat die selver
  13. bruycker daer op soude diminueren omme die voerts soe behoeren seinde taxeert te worden ende dat den selven bruycker omme dat te doene inden missybrief voirseyde eenen sekeren dach waert bescheyden ende oeck
  14. mede intimeert ende van hem begheert als dat hy aen nyemanden anders vanden vruchten ... der selver hoeven betalinge en soude doen dan aende voorseyde fabryckmeesters oft aen hueren procureur
  15. voerseyde. Ende alsoe als 't voirseyde vonnesse was gegaen ende dinhoude des voirseyde myssysbriefs comen was ter kennesse Rutgers van Erpe die selve Rutger opten 21 juli lestieden comparerende voere scouthet ende
  16. scepenen ... daer tegens eenen dach van recht hadde genomen aengaende van zynen gedeelte der voerseyde hoeven Te Cleynen Laer alsmen seyde. Soe eest dat wy scepenen ierstgenoemt ten requeste der
  17. voirseyde fabrycmeesters der voirseyde kercken ... certificeren voer die gerechte waerheit dat daer nae als opten vierden dach ... novembri lestieden voer den onderscouthen deser stadt ende ons
  18. als scepenen ten tyde in recht sittende comparert is die voirseyde Jan Bax als gemechticht vanden voirseyde fabrycmeesters ende heeft arresteert die contumacie opten voirseyde Rutgeren van Erpe mids dien hy opten voirseyde dach dattet
  19. zynen dach van recht was niet en compareerde ende mids dien oeck hy zyn scutwairheyt niet en leyde gelyck dit behoerde. Item ende certificeren noch als voere dat daer nae opten 24 december datum des
  20. briefs voere ons scepenen yerstgenoemt noch gecompareert is die voirseyde Jan Bax seggende dat hoe wel die procureur des voirseyde Rutgers hadde sustineert den dach van recht inden geleyde vanden vedemerct lestleden gedoelt te wesen
  21. zoe en hadde nochtans die selver Rutger noch zyn procureur tgheenen nyewoen dach van recht hem laten stellen noch des zyners wederpartie intimeert noch doen intimeren. Noch oeck zoe en hedde die selver Rutger noch zyn
  22. procureur naden geleyde Synter Claes bynnen deser stadt daer naest volgende ende nu lestieden noch egheenen nyewen dach van recht laten stellen noch oeck zynen voirseyde wederpartie ennigen dach intimeert ...
  23. ende alsoe heeft noch die selver Jan inden name als voere hem voer scouthen ende ons scepenen ierstgenoemt in recht sittende anderwerven verboden ende wederomme die contumacie des voirseyde Rutgers ende zyns
  24. procureurs geaccepteert. In kennessen der waerheit ... Gegeven 24 december
  25. 1505
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: 1e zegel fragment, 2e en 3e zegel licht beschadigd.
Nummer: 1649

1506 januari 2

int jaere ons Heeren duysent vyfhondert ende vive

Jan Kanapart Jansen, Lambert Bogaert en Jan Keymp, schepenen in sHertogenbossche, oorkonden, dat Jan Bacx, als procureur en gemachtigde van de meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan voor de onderschout en de schepenen van Den Bosch had aangeklaagd Claessen Henrick Claessen en Joesten Goyaertsen vanden Horrick, als laten van de hoeven Te Cleynen Laer in de parochie Aerle en Ten Broeck in de parochie Zonne schuldig zijn een erfcijns van 100 Hollandse gulden, welke cijns Heer Dirck die Roever, ridder, aan Arnd van Andel en Staessen van Hedichuysen ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan uit deze en andere hoeven had verkocht Henrick Kuyst en Jordaen van Boert nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en hebben aangevoerd dat op 24 mei 1505 voor hen en Peter Pels en Claes Pels, indertijd medeschepenen
Voor zover ik de tekst begrijp is de betekenis als volgt
Drie schepenen van Den Bosch,
gezien het feit, dat Jan Bacx als procureur van de kerkfabriek van de Sint-Jan had geëist van Claessen Henrick Claessen en Joesten Goyaertsen van den Horrick, dat zij, als gebruikers van twee hoeven, de eerste van de Hoeve Cleynen Laer in de parochie van Aerle, de tweede van de hoeve te Broeck in de parochie van Zonne, uit die hoeven alle jaar een nader bepaalde erfcijns zouden betalen ten gunste van de kerkfabriek, wat in een eertijds gewezen vonnis was afgewezen, maar dat voor hen, schepenen van Den Bosch, verschenen zijn Henrick Kuyst en Jordaen van Boert, die beweerd hebben, dat op 24 mei 1504 voor hen en hun toenmalige medeschepenen, Peter Pels en Claes Pels waren opgekomen voor meester Lambertden, de verdediger van Claes Henrick Claessen als gebruiker van de hoeve te Cleynen Laer, toen deze niet accoord was gegaan met de veroordeling, die op verzoek van Henric van Uden als kerkmeester tegen hem was gevraagd, oorkonden, dat zij met dit niet-accoord-gaan instemmen.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1381

1506 januari 2

  1. Wij, Jan Kanapart Janssen, Lambert Bogaert ende Jan Keymp, scepenen in 's-Hertogenbossche, doen condt eenenyegeljcken, alzoe Jan Bacx als
  2. procureur ende gemechticht mids letteren van procuratiën, hem van den meesters der fabrycken der kercken Synt-Jans-Evangelist binnen der voirscr.
  3. stadt gegeven voer den onderscouthet ende scepenen derselver stadt, in den recht voertijts hadde aengesproken Claessen Henrick Claessen
  4. ende Joesten Goyaertsen van den Horrick, seggende ende concluderende, dat dieselve Claes als bruycker der hoeven te Cleynen Laer
  5. in de prochie van Aerle, ende Joest voirgenoemt als bruycker der hoeven, ten Broeck genoemt, in de prochie van Zonne gelegen, sculdich
  6. souden zijn, aen te leggen ende te betalen eenen erfchijns van hondert gouden florijnen, der munten greven Willems van Hollant,
  7. goet van goude ende gerecht van gewichte, welcken chijns voertijden here Dirck die Roever, ridder, wittelick ende erffelick vercoft
  8. hadde Arnden van Andel ende Staessen van Hedichuysen tot behoef der voirscr. fabriken der kercken van Synt-Jans-Evangelisten, te betalen alle jaer
  9. erffelick op Lichtmis van ende uuyt den hoeven voirscr. ende meer anderen onderpanden, tesamen mitten behoerlijcken afterstel daeraf
  10. onbetaelt staende, gelijck dat twee verscheyden aenspraken daerop gemaect volcomelick begrepen, van welcken processe na den verant-
  11. woirden bij meester Lamberden Millinck als verstender des bruyckers der hoeven te Cleynen Laer ende Jannen die Greve als verstender
  12. des bruyckers der hoeven ten Broeck voirgen. daerop gedaen, conde ende waerheyt te beyden zijden daerop geleyt zijnde, 't vonnis
  13. der heeren scepenen ten tijde zijnde den voirgen. procureur, in den name dat hij ageerde mede, ende den voerstenderen voirgen, is teghen
  14. gewesen, ende welcke vonnisse in den voerstenderen voergen. ten versuecke des voirscr. procureurs oft der voirscr. fabrycmeesters ter execuciën
  15. gestelt ende aen dieselve voerstenders gericht is geweest, zoe men seeghde, soe eest, dat voor ons scepenen voirscr. op ten dach
  16. van huyden, datum van desen, zijn gecompareert Henrick Kuyst ende Jordaen van Boert, ende hebben ons aenbracht, als dat, opten
  17. vier ende twintichsten dach der maent van meye int jaer van vier lestleden voer hen ende huenen medevennotten als scepenen
  18. doen ter tijt, Peter Pels ende Claes Pels bourge zijn worden voer meester Lambertden voirscr. als van eenen tegenseggen bij hem gedaen
  19. van alsulkene gericht als ter instanciën Henrics van Uden als fabryckmeester gedaen was aen denselven meester Lambertden als
  20. voerstender des laets van der hoeven te Cleynen Laer. In oircondscappen der waerheyt als van den aenbrengen voirscr., so hebben
  21. wij, scepenen ierst genoemt, onse segelen hieraen doen hangen. Gegeven op ten tweesten dach der maent van januario int jaer ons
  22. Heeren duysent vijfhondert ende vive.
Nummer: 1381

1506 januari 5

anno Domini millesimo quingentesimo quinto

Johannes Kanapaert, filius Johannis, en Henricus de Uden, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Theodericus Pels, zoon van wijlen Theodericus Pels, en Gerardus Pels Rutgers zoen, als wettige echtgenoot van Cristina, dochter van genoemde wijlen Theodericus Pels, ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan afstand hebben gedaan van 5 gouden aude scilde, van een erfcijns van 10 aude scilde, welke laatste cijns Theodericus de Gemart verschuldigd was uit zijn goederen genoemd tgoet Op Donge met zijn gronden, beemden huizen en alle afhankelijke goederen in de parochie Beke bij Aerle tussen het erfgoed die Langebeempde aan een zijde en de gemene gronden aan de andere zijde, welke goederen Theodericus aan Theodericus Kyevit gegeven had voor de grondcijns en de eerst genoemde cijns, en welke cijns Petrus Pels, verver, van Godefridus. zoon van wijlen Theodericus de Gemaert, gekocht had, en welke cijns van 5 aude scilde Theodericus Pels aan de kerkfabriek van de Sint-Jan in zijn testament vermaakt had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1382

1506 januari 21

  1. Wy Aert Monix, Lambert Bogaert ende Jan Keymp, scepenen in sHertogenbossche doen condt eenen yegelicken alzoe onlancs leden zekere twisten
  2. ende geschillen ... opgestaen hebben ... tusschen die meesters ... vander
  3. fabrycken der kercken Synt Jans ... ter eenre ende Gerarden Moens anders genoempt Keteleer ter andere
  4. zyden Oerspronck nemende ter cause van eene hoeve ... Ten Broeck ... tot Zonne die welcke hoeve
  5. mit meer andere hoeven die voirseyde meesters ... overmids gebreck van betalinge van hondert hollantsche gulden ...
  6. mitten recht der voirseyde stadt hadde opgewonnen ende mit eenen
  7. coep van recht gesleten ende tot welcke voirseyde hoeven Ten Broeck ... nae dien daer af den voerseyde coep was bejaert
  8. ... die voirseyde Gerit als meest daer voer byedende gecomen was
  9. Ende omme meerder costen ende ongunsten die daer uuyt spruyten mochten te stouwen soe eest alsoe verre becomen by
  10. myntliken inspreken van goeden mannen dat die voirseyde partien te weten Henrick van Uden onse medescepenen Jordaen van
  11. Boert ende Wouter vander Rullen als meesters ... der voirseyde fabriken ende van wegen der selver fabriken
  12. ter eenre ende die voirseyde Gerit Keteler ter andere zyden zyn gestaen voer ons scepenen voirseyde ende hebben hen van ende op
  13. die twysten ... ende van allet des daer aen cleeft ... des eendrachtelyck
  14. gesubmitteert ... in eerbaere ... mannen ... in Jan Kanapert
  15. onzen medescepen, Jannen van Vladeracken, heere tot Geffen ende meester Raessen Raessoen als ... arbiters ...
  16. Ende hebben alzoe geloeft die voirseyde partien over beyder zyden ...
  17. als dat zy vast stede ende onverbrekelic zullen houden ende in hueren name doen houden allet ghene ...
  18. byden ... arbiters ... uuytgesproken zall worden ...
  19. hen mynlycke uuytspraecke hier van gedaen ... Inden iersten Soe
  20. ... dat die ... meesters der ... fabriken vesten ende opgedragen zullen
  21. mitten vonnisbrief ende andere brieve daer af mentie makende off ennige daer af hadden mit condicien toegedaen dat die
  22. voirseyde Gerit zal bliven gelden der fabryken ... een zeste deel vanden 100 holl., gulden
  23. ... daer mede die opwynninge der selver hoeven is gedaen. Ende oft geviele dat den voirseide Geritden ennige parchelen vander
  24. hoeven ... mit recht afgewonnen worden die inden chyns vanden 100 holl. gulden voirs. met verbonden en stonden
  25. dat in dien gevalle die voirseyde arbiters daer op heur verclaren houden alsoe dat die voirseyde partien sculdich selen zijn te onderhouden
  26. sgheens des byden selven arbiters daer af verclaert sal worden. Item ... spreken uuyt die ... arbiters dat ...
  27. Gerit den .. kerckmeesters restitueren zal die costen van recht inder opwynningen ... ende voert soe zall ...
  28. Gerit ... fabryken betalen 500 holl. gulden ... ende noch ...
  29. 125 ryns gulden ... ende daer mede zal die hoeve ... ten ewighen
  30. dagen ontlast wesen vanden surplus vanden voirs. 100 holl. gulden. Item spreken voert uuyt ...
  31. duysternisse in desen geviele den voirseyde arbiters daer af heur vercleeren gereserveert. ...
  32. die voirseyde partyen ...
  33. gelaudeert ...
  34. Gegeven opten een ende twintichsten dach der maent van januario int jaer
  35. ons Heeren duysentvyfhondert ende vive.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: alle zegels ontbreken.
Nummer: 1650

1506 april 1

  1. Wy Jan Kanapaert Janssoen ende Henrick van Uden, scepenen in sHertogenbossche, doen condt eenen yegelicken alzoe aengaende den questien ende geschillen die geweest zyn tusschen
  2. die meesters vander fabrycke der kercken van Synt Jans ... als aenleggers ter eenre ende den pater van den cloester der susteren van Venloen ende
  3. Lambrechten Millinck als verweerders ter andere zyden die zelve partien hen in submissien hadden gegeven als in zekere arbiters te weten in Meester Raessoen Raessen
  4. Meester Willemen vanden Bosch, meester Janne van Vladeracken ende Janne van Vladeracken ende Jannen Kanapaert welck arbiters mids dien datse niet en hebben kunnen accorderen die
  5. sake gebracht hadden zoe hen gegunnen was geweest aan heeren Jan die Bever, pater der zusteren regularissen by Helmont inden Hage als aen eenen overman
  6. ende daer nae die selver heere Jan die Bever als overman voer scepenen der voirseyde stadt in presencie ende by advise der voirseyde arbiters aengaende den voerseyde
  7. geschillen voer een arbitrael interlocutorie gepronuncieert ende uuytgesproken hadde inden iersten als dat die meesters vander fabrycke voirseyde die twee hoeven
  8. ... die hoeve Ten Broeck ende die hoeve Ten Cleynen Laer te boeck soude doen setten ende slyten mit enen coepe naden rechten ende ordinancien deser stadt ende
  9. die selve hoeven alsoe vercoft ende gesleten zynde soe soude die voirseyde overman by advyse vanden arbiters voirseyde voert sculdich zyn ten versueck van partien voirseyde
  10. te vercleeren ende een eyntelycke uuytsprake te doene aengaende den geschillen voirseyde welcke uuytsprake voirseyde den voirgenoemde partien te beyden zyden belieft heeft
  11. ende die zelve geloeft hebben ... te onderhalden ... Ende
  12. zoe dan achtervolgende deser ierster uuytspraken voirseyde die 2 voirgenoemde hoeven te boeck geset zyn geweest ende mit eenen coep naden rechten ende
  13. ordmannen deser stadt gesleten ende mit alle solemniteyten mitten uytersten rechte vercoft zyn. Soe zyn gestaen op huyden datum des briefs die voirgenoemde overman
  14. mitten arbiters voirseyde voer ons scepenen in presentie der voirgenoemde partien te wetenen Henrics van Uden, Joerdaens van Boert ende Wouters vander Rullen als fabryck-
  15. meesters ... ende heeren Leenaerts Dolen, priester ende pater vanden cloester der susteren tot Venloen voirseyde ...
  16. ende hebben die zelve arbiters doer den mont des overmans voirseyde alle saken ende poincten des voirseyde geschillen
  17. aengaende wel overwegen ende betract zynde haer mynlyck uuytsprake in maten ... hier nae bescreven ... te wetenen
  18. inden iersten dat die pater ende tconvent vanden susteren van stonden aen overleveren sullen in handen des superarbiters ende arbiteren voirseyde alle
  19. die oude brieven munimenten ... mentie makende vanden hoeven voirseyde ...
  20. mitten welcken tvoirseyde convent gecomen is tot der voirseyde hoeven ende mit den welcken 't voirseyde convent hier namaels den kerckmeesteren voirseyde oft jemanden anders
  21. recht van hen hebbende ennichsyns in huere possessie ... vanden selven hoeven ende gueden soude moegen pramen ende impeteren ende overmids
  22. welcke brieven ... die voirseyde geschillen opgeresen zyn geweest voertaen zoe seggen die voirseyde Overman mitten arbiteren voirseyde dat die
  23. voirgenoemde fabryckmeesters van wegen ende inden name der selver fabrycken ... op dat zy die voirseyde oude brieven in haren handen moegen gecrigen ...
  24. ende ... sculdich sullen zyn uuyt te reycken ende te betalen den voirseyde convent oft heren Lenart ...
  25. in gereede penn. eens die somme van 100 philips gulden ...
  26. ende daer toe noch die somme van hondert Ryns gulden
  27. Mer want die voirseyde kerckmeesters nu ter tyt niet wael raet en weten tot gereeden penningen ...s
  28. zoe sullen zy vesten den voirgenoemde convent een erfrenthe uuyt zekeren onderpanden ...
  29. daer af den iersten termyne van betalinge wesen zall vanden heyligen Paesdach naestcomende over een jaer ... ende welcke renthe
  30. die voirseyde fabryckmeesters sullen moegen lossen ... ten ewigen dagen elcken penninck mit zeventhien der gelycke penningen ende mitten chyns vanden
  31. jaer ende mitten achterstelle ...
  32. Gegeven opten iersten dach der maent van aprille des woensdaichs naden
  33. Sondach alsmen singt Iudica int jaer ons Heeren dusent vyfhondert
Nummer: 1651

1506 april 2

anno Domini millesimo quingentesimo secundo

Lambertus Bogaert en Johannes Keymp, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus de Uden, Jordanus de Boert en Wolterus vander Rullen, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan aan frater Leonardus, rector van het convent van de reguliere zusters van Maria en de Elfduizend Maagden in Venloe, uit naam van dat convent, beloofd hebben dat zij als gevolg van een afspraak tussen de meesters van de fabriek aan een zijde en frater Leonardus aan de andere zijde een uitspraak van door hen beiden gekozen arbiters zullen uitvoeren en frater Leonardus ten gunste van dat convent een erfcijns van 13 ryns gulden en 4½ stuivers zullen betalen, waarvan de eerste betalingstermijn zal zijn na het eerstvolgende feest van Pasen over een jaar uit alle goederen van de kerkfabriek, echter op die voorwaarde dat de meesters van die fabriek deze cijns altijd kunnen terugkopen met 225 ryns gulden en de cijns van het jaar van terugkoop en de achterstallige cijnzen.
Dorsaal: Want die kerckmeesters hebben moegen quiten deze rente van XIII gulden 4½ stuivers zoe hebben zy ende gequeten prout in registro expositorum fabrice de dato XVII aprilis anno VII ende daer over zyn onze brieven gecancellert. ? H. de Uden.
Zegels: Beide onbeschadigd.
N.B.: Deze oorkonde is gecancelleerd.
Nummer: 0968

1506 mei 9

  1. Alzoe die kerckmeesters der fabriken der kerken van sint Jans ... hadden
  2. doen dagen Margrieten van Outhuesden voer die somme van hondert Rynsgulden ende daer nae by middel eens
  3. deser stadt signet daer op geimpetreert aenden huysraet have ende andere beruerlycke gueden der voirseyden
  4. Margrieten hadde doen richten naden welcken hebben die voirseyde kerckmeesters oft heur procureur een coepdach
  5. van recht opten voirseyde huysraedt ende andere gueden byden scouthet begheert die hen geset is geweest ende
  6. den zelven dach des coeps gecomen zynde is gecompareert voer scouthen ende scepenen Jan Back als procureur
  7. der voirseyde fabryckmeesters ende heeft den coep mit recht genomen vanden voirseyde huysraet ende andere haven ende
  8. beruerlycke gueden voer twelf ryns gulden ende den schade van recht ende voerts naden selven coep
  9. heeft die voirseyde Jan Back inden name ... der voirseyde fabriken der selver Margrieten den
  10. voirseyde vercoften huysraet ende andere gueden te verwaren gegeven omme tot behoef der voerseyde fabriken
  11. dien by heur verwaert te worden ... Getuygen ... scepenen in
  12. sHertogenbosch Jan Kanapaert Janssoen ende Aert Monix, gegeven opten negensten dach der maent
  13. van meye 1506
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0969

1506 mei 9

Johannes Kanapert, zoon van Johannes, en Henricus de Uden, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat frater Leonardus de Dolen, rector en biechtvader van het convent van de reguliere zusters van Maria en de Elfduizend Maagden in de stad Venloe, aan Johannes Comiti ten gunste van Willelmus de Os heeft overgedragen een erfcijns van 13 gulden en 4½ stuvers, welke cijns Henricus de Uden, Jordanus de Boert en Wolterus vander Rullen, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan aan frater Leonardus ten gunste van dat convent verschuldigd waren uit alle goederen van de kerkfabriek, welke fabriek deze cijns altijd kan terugkopen.
Zegels: beide licht beschadigd.
N.B.: Deze oorkonde is geraseerd.
Nummer: 0970

1506 mei 25

Henricus de Uden en Johannes Keymp, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Willelmus, zoon van wijlen Theodericus, zoon van wijlen Arnoldus Pels, en Elisabeth, zijn dochter, aan magister Henricus Pelgrom ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan hebben overgedragen een erfcijns van 2½ aude scilde uit een erfcijns van 10 aude schilde, welke laatste cijns Theodericus de Ghemaert verschuldigd was uit zijn goederen, tgoet Op Donge met zijn gronden, weiden, huizen en alle afhankelijke goederen in de parochie Beke bij Aerle tussen de erfgoederen Die Langbeemde aan een zijde en de gemene gronden aan de andere zijde, welke cijns Petrus Pels, verver, van Godefridus, zoon van wijlen Theodericus de Gemaert, verkregen had, en welke cijns van 2½ aude schilde Theodericus, zoon van wijlen Arnoldus Pels, in zijn testament aan Willelmus en Elisabeth vermaakt had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0971

1506 juni 5

  1. quod Anno a Nativitate Eiusdem Domini miliesimo
  2. quingentesimosexto ... mensis junij die quinta ...
  3. personaliter constitute
  4. discrete coniuges Theodericus Janscoen de Bladel, rasor pannorum, et Elisabeth, filia Pauli de Haestrecht, eius uxor legitima, incole opidi Busciducensi
  5. unam
  6. terciam partem omnium ... bonorum suorum mobilium eb immobilium ... per et
  7. post obitus ipsorum amborum reiinquendorum dederint ...
  8. Henrico de Uden et Woltero vander Rullen tamquam mamburnis et magistris fabrice ...
  9. sancti Johannis ... ad opus eiusdem fabrice ...
  10. simul cum omnibus iure ... in eadem tercia parte ...
  11. Acta fuerunt ... in domo lapicidarum
  12. fabrice predicte ibidem in quadam camera ... presentibus ...
  13. Gerardo de Heessel, receptore capituli ecclesie collegiate predicte et Johanne Claessoen pictore testibulo ...
  14. Eb ego Johannes Bax (de Herentals) clericus Cameracensis diocesis ...
Nummer: 1652

1506 juni 27

Lambertus Bogart en Johannes Keymp, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Willelmus Cottens, zoon van wijlen Johannes Cottens, aan Reynerus, zoon van wijlen Henricus Cottens, heeft overgedragen de helft van een erfcijns van 8 £ uit een huis, erf en hof aan de Vuchterdijk tussen het erfgoed van Elizabeth vanden Hecke aan een zijde en het erfgoed van de kinderen van wijlen Gerardus die Haest aan de andere zijde, welk huis, erf en hof later gelegen zijn tussen het erfgoed van Geertrudis, weduwe van Godefridus Ketelers aan een zijde en het erfgoed van de Zusters van Orthen aan de andere zijde, welke gehele cijns van 8 £ Rodolphus de Breda, looier, van Henricus, zoon van wijlen Jacobus, zoon van wijlen Petrus Roeverssoen, thessmeker, de Vladeracken gekocht had en van welke cijns Willelmus al eerder aan Reynerus overgedragen had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0972

1506 juli 16

  1. Gerit Moens alias Keteleer heeft gekent ende geleden ontfangen te hebben van Henricken van Uden, Jordaen van Boert ende Wouteren vander Rullen
  2. nu ter tyt meesters der fabrike ... Synt Jans ... dese scepenenbrieven vanden
  3. Bosch hier nae volgende mentie makende vander hoeven Ten Broeck in Zonne ... inden iersten eenen scepenen brief vanden Bosch
  4. inhoudende ende begynnende Sybertus de Hoculem mansum quendam dictum 't goet Ten Broeck olim Domini Johannis de Hoesschot militis ... in
  5. parochia de Sonne simul cum attinetijs eiusdem mansi singulis et universis et cum censibus et pullis ad dictum mansum spectandes supportaverunt
  6. Willelmo Brant Roever decimasexta marcij ... A.D. millesimo quadringentesimo vicesimotertio. Een anderen scepenbrief inhoudende Willelmus die Roever
  7. filius quondam Willelmi Brant Roever promisit ... Franconi de Langel ad opus domicelle Margarete filie quondam Willelmi
  8. Brant Roever etc. quod ipse dabit et solvet eidem domicelle Margarete quoadvixerit et post eius decessum suis liberis a. et h.c.
  9. 54 ... aureorum florenorum ... Ryns gulden ... de et ex
  10. manso eiusdem Willelmi Roever filij quondam Willeimi ... Ten Broeck ... et ex terris, pratis, pascuis, mericis, lignecrescentibus
  11. ceterisque iuribus et attientijs eiusdem mansi ... octava julij 1474
  12. Noch eenen scepenen brief luydende Domino Johannes die Roever miles mansum quendam ... Ten Broeck ...
  13. ad locum ... Ten Broeck simul cum terris pratis pascuis mericis lignicrescentis ceterisque iuribus et attientijs eiusdem mansi singulis et universis
  14. ... et ad dictum Johannem die Roever pertinere dinoscitur
  15. et quidam Henricus Bloes tamquam colonus eundem mansum dudum manutenere consueverat leg. et her. supportavit Franconi
  16. de Langel ad opus conventus sororum Regularissarum beate Marie et 11.000 virginum ... infra opidum de Venloe in loco
  17. in pascuis ibidem simul cum toto iure ... in quibuscumque litteris etcetera, decimanova januarij, anno nonagesimosecundo.
  18. Noch eenen anderen scepenenbrief inhoudende Notum sit universis quod cum Dominus Johannes die Roever miles mansum quendam ... Ten Broeck etc.
  19. her. supportasset Franconi de Langel ad opus ut ante. Constitutus igitur coram scabinis infrascriptis frater Leonardus Dolen
  20. tamquam procurator modernus dicti conventus palam recognovit et nomine dicti conventus dicto domino Johanni repromisit quod idem dominus Johannes
  21. et post eum sui legitimi liberi si quos post se reliquerit dictum mansum cum suis att. redimere ... posterit perpetuis temporibus
  22. cum et mediantibus octingentis ... rynsgulden ... decimanona januarij anno nonagesimo
  23. secundo. Noch eenen brief begynnende Henricus filius quondam Godefridi de Meerloe alias vanden Houtaert ab eodem ... G.
  24. et quondam domicella Margareta eius uxore, filia quondam Willelmi Brant Roever ... genitus 40 aureos florenos ... ryns-
  25. gulden ... de a. et h.c. 54 huiusmodi flor.
  26. quem censum Willelmus die Roever filius quondam Willelmi Brant Roever promiserat Franconi de Langel ad opus domicelle Margarete
  27. predicte leg. et her. supportavit Franconi de Langel ad opus conventus ...
  28. in ... Venloe in loco dicto die Weyde ... vicesimaprima marcij 149
  29. 2. Ende noch eenen brief van scepenen vanden Bosch ... Notum sit universis quod cum frater Leonardus Dolen
  30. tamquam procurator conventus ... in pascuis ... et potens
  31. in ea parte ad infrascripta ... adiusticiatus fuisset ... per iudicem mediante sententia scabinorum in Buscoducis ad quemdam
  32. mansum olim Willelmi die Roever filij quondam Willelmi Brant Roever ... Ten Broeck ... ad locum ... Ten Broeck et ad
  33. terras prata pascuas mericas lignicrescentijs ceterisque jura et attinentijs eiusdeni mansi singulis et universis ...
  34. occasione defectus etc. prout in litteris scabinorum de Buscoducis super hoc confectis plenius continetur ... quarum data continet 8 julij
  35. 1474 ... Dictus igitur Henricus Bredebaert promissa ab eo sic assecuta ... leg. et her. vendidit
  36. eidem fratri Leonardo ad opus dicti conventus ... vicesima
  37. secunda die mensis marcij, feria sexta post dominicam Letare ... 1492 Ende schilt
  38. hier af quyte die voirseyde kerckmeesteren ende allen anderen des quitancien behoevende ...
  39. Getugen hebben hier over geweest scepenen in sHertogenbosch, Henrick van Uden ende Jan Keymp. Gegeven 16
  40. juli 1506.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1653

1506 september 2

Henricus de Uden en Arnoldus Monix, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat heer Johannes, zoon van wijlen Theodericus de Bucstel, priester, aan magister Henricus Pelgrom ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan heeft overgedragen een lijfrente van 6 rijns gulden, die hij van de stad Den Bosch had gekocht en waarvan de laatste 4 jaar niet zijn uitbetaald.
Zegels: beide onbeschadigd.
Nummer: 0973

1507 maart 22

Int jaer ons Heeren dusent vyfhondert ende zesse

Goessen vanden Broeck en Roelof Noppen, schepenen in sHertogenbosch, oorkonden dat Claes Henric Claes Roefszoen, als laet der hoeven te Cleynen Laer in de parochie Aerle aan meester Henrick Pelgrom ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan heeft beloofd dat hij de fabriek op verzoek van de meesters van de fabriek zal betalen alle rogge, gerst, haver en boekweit en alles wat hij verder schuldig was het laatste feest van Maria-Lichtmis en ook datgene wat hij op dat eerstvolgende feest moet afdragen en dat hij ook op verzoek van de fabrieksmeesters in Den Bosch voor het gerecht zal komen.
Zegels: (afhangend) beide licht beschadigd.
Nummer: 0974

1507 juni 15

Acta ... in domo habitacionis dicti Mathie Vrancken ad locum Die Aude Diese

Notaris Fredericus Schaeck, priester van het bisdom Traiectum, instrumenteert dat Johannes, Ghysberts soen, Cangieter, van de volmacht die hij zichzelf verleend had om wat aan dat voorgaande testament toe te voegen of te veranderen de volgende bepalingen hieraan toegevoegd heeft:
  1. de drie op dit moment in functie zijnde meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan en Mathias Vrancken zullen zijn executeurs zijn en hij heeft aan ieder van hen 1 maal 3 rijnsgulden vermaakt,
  2. hij heeft vermaakt aan Elisabeth, de wettige vrouw van Mathias, 2 zelfde guldens,
  3. hij heeft vermaakt aan Theodericus en Johannes, wettige kinderen van Petrus Balyaerts, ieder 1 maal 1 rijnsgulden,
  4. hij heeft vermaakt aan Egidia, dochter van Arnoldus, Jans soen, 1 "nachtdoeck",
  5. hij heeft vermaakt aan Aleydis Ghyben, die buiten de Pynappelspoirt woont, ook 1 "nachtdoeck",
  6. hij heeft vermaakt aan Johannes, zijn neef, (nepos) die bij Stephanus vanden Broeck woont, 1 maal 1 rijnsgulden na de dood van de erflater.
Met als getuigen: Mathias Vrancken en Henricus de Hommelheze, matricularius van de Sint-Jan.
N.B.: Dit charter is per ongeluk opgeborgen op de plaats van 1503 september 22.
Nummer: ?

1507 juli 1

  1. Frater Hubertus de Loen, prior pro tempore fratrum carthusiensium domus sancte Sophie ad Constantinopilim ... in parochia de Vucht ... ex parte sui et dictorum fratrum
  2. ... potens ad hoc ut dicebat a. et h.p. unius modij sil. ... ad dictos fratres spectans ...
  3. in h.p. quinque mod. sil. ... quam pactionem 5 modiorum ... iamdictam Johannes Rycartssoen promiserat se daturum et soluturum
  4. Gerardo ... Wytmerij ad eius vitam et post eius vitam Petro Gerardo Johanni, Hermanno et lamberto, fratribus, liberis dicti Gerardi ...
  5. ex tredecim pecijs terre ... in parochia de Scynle quarum prima retro her. Hille ... Gerongs
  6. altera in loco dicto communiter Die Aude Ynstat, tercia in loco ... Ten Lacker, quarta ante locum ... Die Beende, quinta ibidem ad locum ... die Beende ... sexta
  7. ibidem inter her. Jacobi Coptiten e.u.l. et inter communam pratam ibidem sita e.a.i., septima in loco dicto communiter Halsacker, octava retro ortum vicinorum ibidem
  8. nona in loco ... die Braken, decima iuxta locum ... Meyhoevel, undecinia dicta est die Cloet, duodecima iuxta locum Meyhoevel vocatum et decima-
  9. tercia in loco ... die Stoelen ... insuper ex domo orto et agro ... ibidem. Item ex uno bonario prati ... quas her. predictus Johannes
  10. Rycartssoen vanden Voirt erga dictum Gerardum pro dicta pectione 5 modiorum sil. et quibusdam alijs oneribus dudum ad pactum acquisierat et quam
  11. pactionem unius modij siliginis predictam Herbertus Hals filius quondam Rodolphi erga Henricum ... Cock, filium quondam Arnoldi, depost acquisierat ...
  12. et quam pactionem unius modij siliginis primodictam dominus Willelmus Hals presbyter et dictus Herbertus, eius frater,
  13. unacum certis alijs pactionibus censibus et redditibus religioso fratri Tymanno Croeck priori conventus dictorum fratrum carthusiensium in Vucht ad opus et utilitatem ac in sustentacionem
  14. unius monachi in prefato conventu pro tempore commorans depost dederant ... leg.
  15. et her. supportavit Adriano filio Zegeri Pauwels dicti die Ruyter rector pro tempore altaris sancti Willibrordi de secunda fundatione ... in ecclesia maioris curie
  16. beginaruni in Buscoducis ad opus rectorie eiusdem altaris pro secunda eius fundatione ...
  17. Testes ... scabini in Buscoducis Johannes de Vladeracken et Goeswinus vanden Broick, Datum 1 juli
  18. 1507.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel zwaar beschadigd.
Nummer: 1654

1507 juli 19

Jan van Vladeracken en Goessen vanden Broeck, schepenen in sHertogenbosch, oorkonden dat Engelken Jans Daniels dochter, wonend in de Putstraet op 8 juni 1507 haar testament gemaakt had waarin zij o.a. bepaald had dat indien haar broer 6 jaar na datum van het opmaken van dit testament terug zou komen, de volledige beschikking zou krijgen over al haar roerende en onroerende goederen als haar vader en zij zelf zouden zijn overleden. Als haar broer binnen de genoemde termijn niet terug zou komen, zal Onze Lieve Vrouw bij de toren en het Heilig Sacrament krijgen de helft van al haar goederen en de andere helft zullen haar 4 executeurs, Henrick Bogaert, Steven Lambrechtszoen, Willem Luedincs en Willem Hamer nalaten aan kloosters en godshuizen. Daar Steven Lambrechts en Henrick Bogaert geen executeur wilden zijn en daar de goederen ten gunste van de voornoemde instellingen tot grote schade van de broer van Engelken bezet was, heeft nu Henrick Kuyst, onderschout van Den Bosch, in aanwezigheid van de bovengenoemde schepenen Henrick van Uden, Jorden van Boert en Wouter vander Rullen, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan, meester Laureyns van Gunterslaer, als kanunnik, Jan Kanapert, raadsheer, en voornoemde Wouter als provisor van de broederschap, met de andere executeuren belast met de voornoemde executie.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1383

1507 augustus 2

Wij fraters (Jacobus Vonck, prior, Laurentius Walteri) de Nuenen, supprior, Arnoldus die Greve, secretarius, Arnoldus Scuylen, cantor, Laurentius Gerardi de (Geldrop), dispensarius van de orde der Wilhelmieten, schelden de dekens van de Broederschap van Sint-Anthonius kwijt van de betaling van een jaarlijkse ?, die ons convent jaarlijks ontvangt op het feest van de Geboorte van Johannes de Doper uit de grond waarop ? van de broederschap is gebouwd.
Zegels: linkerzegel van de prior is zwaar beschadigd, dat van het convent ontbreekt.
N.B.: Een gedeelte van de tekst is ook met speciale lamp onleesbaar.
Nummer: 0975

1507 augustus 9

Raso Raessen en Goeswinus vanden Broeck, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat de zusters Johanna Hoernkens, priorin, Katherina de Eyck, suppriorin, en Hadewig de Brecht, procuratrix, conventuelen van het Sint-Geertrudisconvent in de Orthenstraat met de uitdrukkelijke toestemming van frater Theodericus Willemszoen de Leende, rector en biechtvader van dat convent, aan Henricus de Uden en Jordanus de Boert ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan overgedragen hebben een erfcijns van 2½ aude scilde met de achterstallige bedragen van die cijns, van een cijns van 10 aude scilde, welke laatste cijns men aan Theodericus de Gemert verschuldigd was uit zijn goederen tgoet Op Donge met zijn gronden, beemden, huizen en al zijn afhankelijke gronden in de parochie Beke bij Aerle tussen de erfgoederen Die Langebeemde aan een zijde en de gemene gronden aan de andere zijde, welke hele cijns Petrus Pels, schilder, van Godefridus, zoon van wijlen Theodericus de Gemert, gekocht had en welke cijns van 2½ aude scilde Theodericus Pels aan dat klooster in zijn testament vermaakt had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1384

1507 augustus 25

Yewanus Kuyst en Raso Raessen, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Angela, dochter van wijlen Johannes Daniels soen, haar testament gemaakt had waarin zij onder andere aan Stephanus Lamberts soen of Lana, zijn wettige vrouw, vermaakt had een mud rogge uit al de goederen van de erflaatster. Stephanus Lambertssoen is nu, als wettige echtgenoot van Lana, voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft aan magister Nycolaus Kuyst ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan deze mud rogge overgedragen.
Dorsaal:
  1. van 1 mud rogs in Nulant ut folio CCI verso (van Uden)
  2. bequeten.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0976

1507 september 20

  1. Henricus de Uden tamquam magister ... fabrice ecclesie sancti Johannis ... quendam mansum cum suis
  2. attinentijs et iuribus ... die hoeve Ten Eynde ... in parochia de Aerle ...
  3. locavit ... Willelmo filio Wolteri ... Costerszoen ...
  4. ad spacium 12 annorum festum Penthecostes proxime futuro sine medio sequente ... pro censibus
  5. fundi ... iure solvendos ...
  6. atque pro tredecim modijs sil. mensure Pelandie atque pro viginti-
  7. septem ... ryns gulden ...
  8. et pro primo solutionis
  9. termino a festo Pur. ... proxime futuro ultra annum et dictam sil.
  10. in Beeck tradendum et deliberandum ad locum ... Op Heyst aende Brug opt Water ...
  11. atque quod ipsi dictus census
  12. fundi interim dabunt necnon circumspectionem et iura vicinorum ad dictum mansum e iure ... spectanda ...
  13. necnon quod ipsi ad et supra edificia mansi predicti decem vymas
  14. recti straminis annuatim tegent aut tegi procurabunt si opus fuerit antem easdem vymas dicte
  15. fabrice annuatim deliberabunt. Talibus condicionibus ... quod dicta locacio ad voluntatem alterius partium
  16. ad finem sex primorum annorum expirabit salvo quod una partium ad alteri ante festo Omnium Sanctorum prein-
  17. timabit et in casu quo contingent dictum Willelmum aut eius uxorem dicta locatione durante ab hac luce
  18. decedere quod tunc semper presens locacio ad festum Penthecostes tunc proxime futuro expirabit dummodo
  19. tamen unius eorum decesserit ante festum Omnium Sanctorum illius anni sed si unus eorum post festum Omnium Sanctorum
  20. decesserit quod tunc presens locatio a festo Penthecostes eotunc proxime futuro ultra annum expirabit
  21. ... Testes ... scabini in Buscoducis Johannes de Vladeracken et Rodolphus Noppen. Datum
  22. 20 september A.D. 1507.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1385

1507 oktober 28

  1. Henricus de Uden et Jordanus de Boert et Wolterus vander Rullen, tamquam magistri ... fabrice ecclesie sancti Johannis ...
  2. quendam mansum ... die hoeve Te Cleynen Laer ... in parochia de Aerle cum omnibus ... iuribus et
  3. attientijs ... locaverit ... Nicholao filio Henrici Claes Roefszoen ...
  4. ad spacium 12 annorum festum Penthecostes proxime futurum sine medio sequente pro censibus fundi ...
  5. atque
  6. pro 20 modijs siliginis mensure de Helmont decem ... ryns gulden ...
  7. necnon 11
  8. uinis panni linei vlessen laken comm. vocati ...
  9. et pro primo solutionis termino a festo Purificationis ...
  10. proxime futuro ultra annum et dictam siliginem supra ... die Aa tradendam ... talibus
  11. annexis
  12. condicionibus quod dicta locacio primis 6 annis ... ad voluntatem alterius partium expirabit salvo quod
  13. altera partium ante festum Omnium Sanctorum in sexto anno id alteri preintimabit. Et in casu quo contingeret dictum Nicolaum
  14. verdere bepalingen over eventueel sterfgeval Nicolaus of echtgenote en bedekken van stro ...
  15. Item quod dictus Nicholaus nulla ligna
  16. amputare aut evellere poterit nisi quibus dictum mansum sepiendo vel inuniendo indigebit. Insuper convnetum
  17. quod dictus Nicholaus omnia iura vicinoruni ...
  18. dabit ...
  19. Testes ... scabini
  20. in Buscoducis Gerardus Colen et Johannes Gheck. Datum 28 oktober
  21. 1507.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
N.B.: verbonden met 1507 maart 22 (2x)
Nummer: 1655

1507 oktober 28

Gerardus Colen en Johannes Gheck, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus de Uden, Jordanus de Boert en Wolterus vander Rullen, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan, aan Johannes Snabben, verhuurd hebben de hoeve Ten Bergelen in de parochie Doerne met al haar rechten en afhankelijke goederen voor de duur van 12 jaar, ingaand op het eerstvolgende feest van Pinksteren waarbij Johannes verschuldigd is:
  1. de grondcijnzen,
  2. 26 mud rogge, Helmontse maat,
  3. 34 peters,
  4. een nieuwe zak met 2 lopen raapzaad,
  5. 15 el lakens,
waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden vanaf het eerstvolgende feest van Pinksteren over een jaar en waarvan die rogge over de Aa vervoerd moet worden. Er zijn nog de volgende bijkomende voorwaarden:
  1. Deze huur kan na verloop van 6 jaar door beide partijen opgezegd worden behoudens echter dat de ene partij de andere voor Allerheilgen in het zesde jaar daarvan op de hoogte brengt.
  2. In het geval dat Johannes of zijn huidige vrouw gedurende de huur voor Allerheilgen van een jaar sterft, dat als Johannes dat wil deze huur op de vigilie van Pinksteren in het daarop volgende jaar opgezegd wordt.
  3. Johannes moet elk jaar op de daken van de hoeve als dat nodig is met 12 bundels goed stro op zijn eigen kosten bedekken en hij is gehouden de binnenmuren van de hoeve op eigen kosten te onderhouden.
  4. Als echter de kerkfabriek op die hoeve nieuwe gebouwen neerzet en de daken laat bedekken, moet Johannes degenen die het knechtwerk doen van levensmiddelen voorzien, die de meesters van de kerkfabriek hem terugbetalen.
  5. Johannes zal gedurende elk jaar op zijn eigen kosten 25 eiken heesteren planten en evenveel planten die poeten genoemd worden die door de kerkmeesters overgedragen en door Johannes aangebracht worden.
  6. Als de kerkmeesters meer aanplantingen willen doen zal Johannes op die plaatsen, die de kerkmeesters hem aan zullen duiden, zijn paard en wagen inspannen.
  7. Johannes zal 1000 takken mogen afzagen maar hij mag ze alleen gebruiken voor de omheining.
  8. Johannes zal alle burenrechten, onraet, thuynscouwen en dergelijke betalen.
Zegels: beide ontbreken.
Nummer: 1655

1508 januari 27

  1. Henricus de Uden et Wolterus vander Rullen, tamquam magistri eb rectores fabrice ecclesie sancti Johannis ... quendam mansum ...
  2. Te Culen ... in parochie de Aerle cum omnibus et singulis suis iuribus et attinentijs ... et Petrus vander Hallen eundem
  3. mansum sub sua obtinet cultura locaverit ... ad spacium 12 annorum festum
  4. Penthecostes proxime futurum sine medio sequente pro censibus fundi ...
  5. atque pro 18½ modijs siliginis mensure de Helmont 5 modijs havene eiusdem mensure
  6. duobus sextarijs seminis raparum, uno novo sacco quindecim ulnis panni limei dictis vlessen laken necnon 40 ... rynsgulden ...
  7. et pro primo solutionis termino a festo
  8. Pur. ... proxime futuro ultra annum et dictos siliginem et havenam super ... die Aa tradendos ... Talibus annexis
  9. conditionibus quod dicta locatio primis sex annis ... ad voluntatem alterius partium expirabit salvo quod altera partium ante
  10. festum Omnium Sanctorum in sexto anno ad alteri preintimabit. Et in casu quo contigerit dictum Petrum aut eius uxorem dicta locacione durante ante
  11. festum Omnium Sanctorum illius anni ab hac luce decedere quod extunc presens locacio si et in quantum eidem Petro placuerit in profesto Penthecostes proxime
  12. futuro expirabit. Sed si eorum alter post festum Omnium Sanctorum decesserit quod extunc presens locatio a profesto Penthecostes tunc proxime futuro ultra
  13. annum expirabit. Insuper conditionatum est quod dictus Petrus quolibet anno ... teget aut tegi procurabit supra domos et tecta
  14. dicti mansi suis proprijs expensis duodecim vimas recti straminis ... Et quod
  15. eiusdem mansi parietes interim conservabit et conservare tenebitur suis proprijs expensis. Sed casu quo rectores ... dicte fabrice ad et
  16. supra dictum mansum aliqua nova edificia edificari aut plura stramina tegi fecerint quod ipse Petrus eisdem edificium et tectoribus serviet dicendos
  17. sal oeperen et victualia dabit dictique rectores mercedem eisdem persolvent. Insuper conditionatus est quod Petrus omnia iura vicinorum
  18. ... atque census fundi dicti mansi ... dabit ...
Nummer: 1656

1508 juni 27

Lucas de Erpe en Matheus Kuyst, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Luytgardis, dochter van wijlen Willelmus Bloemart, anders genoemd Vander Horst, zoon van wijlen Gerardus vander Horst, aan Otto, zoon van wijlen Johannes Bollix, wandsnijder, overgedragen heeft een erfcijns van 3 £ uit een erfcijns van 18 £, welke cijns Henricus, zoon van wijlen Petrus Thyssoen, aan Luytgardis verschuldigd was uit:
  1. de helft van een zekere hofstad, 40 voet breed, over de Visbrug bij de nieuwe stadsmuur naast het erfgoed van Katherina, weduwe van Arnoldus Nondeken de Driel aan een zijde en het erfgoed van Johannes de Heze aan de andere zijde,
  2. het voor- en achterhuis in die helft,
  3. de hof tussen de 2 huizen met een zeker pad opzij daaraangrenzend, welk pad ligt ligt tussen het erfgoed van Gerardus die Cuyper aan een zijde en het erfgoed van Heylwig, weduwe van Matheus de Gunterslaer, anders genoemd Inden Beer, aan de andere zijde.
De overdracht heeft plaatsgevonden op voorwaarde dat Luytgardis deze cijns kan terugkopen als het haar belieft met 21 peters, de cijns van het jaar van terugkoop en de achterstallige bedragen uit die cijns.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1386

1508 augustus 16

  1. Henricus de Uden et Jordanus de Boert tamquam rectores ... fabrice ... sancti Johannis ... et
  2. Johannes Oems tamquam decanus ghilde beate Barbare virginis in eadem ecclesia fundata potentes ad infrascripta ...
  3. unam cameram cum suo fundo et orto ceterisque suis iuribus et attinentijs olim Johannis vanden Hoevel dehinc Nicholai sui
  4. filij dehinc Cristiani filij quondam Theoderici vanden Doeren postea vero Katherine filie quondam Willelmi Barbiers ...
  5. in ... Art Berwoutstraet inter her. Johannis Peterssoen e.u.l. et inter her. cuiusdam
  6. Cornelie dicte Jansdochter Int Haer e.a.l. tendendum retrorsum usque ad murum opidi ... quam cameram
  7. predictain Agnes de Wesalia dicte fabrice et ghilde in suo testamento legaverant ... leg. et her.
  8. supportaverunt Henrice filie quondam Gerardi Emonts ...
  9. deponent omnino exceptis censu fundi ad antiquum vlamineum taxato h.
  10. c. trium den. peters comm. vocatorum Katherine filie Willelmi Barbiers ac h.c. 1 £ ...
  11. heredibus quondam Huberti vander Straten annuatim ex dicta camera e iure solvendos ... Insuper promiserunt
  12. ... quod si ex dicta camera cum suis attinentijs inventum
  13. fuerit via iuris plus fore solvendum quam prescriptis est in illum eventum ... prefate Henrice de premissis
  14. debitam et iustam prestabit warandiam usque ad summam septem ryns gulden ...
  15. cum tali conditione annexa quod dicta camera cum suis iuribus et attinentijs post obitum predicte
  16. Henrice ... statim deveniet et pleno iure pro una medietate devolvetur ad fabricam et
  17. pro alia medietate ad ghilde ... ab eisdem fabrica et ghilda extunc iure her. hab. et poss.
  18. ... Testes ... scabini in Buscoducis Gerardus Colen et Lambertus vanden Broeck. Datum 16
  19. augustus 1508.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel ontbreekt.
Nummer: 1387

1509 mei 8

  1. Henricus de Uden promisit ...
  2. Nycolao et Adriano, fratribus, domicellabus Luytgardis et Elisabeth, eorum sororibus, liberis quondam
  3. Anthonij Spierinck, ducentos et decem ... rynsgulden ...
  4. ac 10½
  5. ... stuvers a festo N.B.J.B. proxime futuro ultra duos annos ... Testes
  6. ... scabini in Buscoducis Johannes die Bever et Philippus Sanderssen. Datum 8 ... maij
  7. 1509.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: (afhangend) bovenste zegel licht beschadigd, onderste zegel zwaar beschadigd.
Nummer: 0978

1509 september 5

  1. dusent vijffhondert ende negen ... den vijfften dach septembris der maent ...
  2. verschenen in hairen properen persoenen ... heere Jan scolaster, priester ende vicarius der prochie-
  3. kercken van Aerle, Art van Eyndhouts, kerkmeester der selver voirseyde kercken, Wouter Aert Eynssensoen kerck-
  4. meester der kercken van Rixstel, Peter van Eyck, Peter van Cauwenberch, Daem die Luwe, scepenen tot Aerle,
  5. Jan vanden Lair, oick scepene tot Aerle, Melis Peter Melissoen, gezworen, Ghijsbrecht Thijs, soen oick gezworen
  6. tot Rixstel oft Aerle, Wouter die Custer, oick gezworen tot Aerle, Peter van Jeghendonck van Beeck, Gherit
  7. van Berkel, Emont die Luwe ende Jan sijn broeder, Cristiaen van Voerendael ende Claus vanden Lair, met
  8. meer nabueren dair bij ende omtrent staende als scheen ende hebben aldair geconsenteert gegeven ende hen dair inne
  9. overgegeveven ... alsoe verre alst in hen is Dat Henric van Uden ende Joirden van
  10. Boert als fabryckmeesters der prochie kercken ... ofte Sunte Jans ...
  11. dair present wesende ende accepterende sullen mogen aenveerden oft doen aenveerden Soe
  12. vele erfs vander gemeynten van Aerle Beeck als sy behoeven sullen dair sy oft andere fabryckmeesters in
  13. hen stede toecomende inden naem ende tot behoeff der voirseyde fabrycken een huysinge met scueren ende scoppen schuurt is
  14. dair toebehorende ende behoevende op sullen setten oft doen setten ende tymmeren welck eerff sy betalen sullen
  15. tot gueder mans prijse dair aff verstant hebbende na groetheit ende cleynheit des selffs eerfs den na-
  16. bueren van Aerle tot reparacien van henre kercken van Aerle oft hen geoeddunctet. By alsoe ende
  17. met alsulker condicien dat die bruycker vander voirseyde huysingen ende erfs altyt sal staen metten nabueren
  18. van Aerle voirseyde te schoet ende te genoet gelyc een andere ingesetenen van Aerle van geliken staet ende
  19. staen sal sonder fraude oft argelist ...
  20. Dit is geschiet bynnen der prochien van Airle opter gemeynre straten ontrent
  21. der dingbancken des crisisdomps van Ludick ...
Nummer: 1388

1509 oktober 13

  1. Notum sit universis quod cum Johannes ... van Beest, filius quondam Marcelii domum et aream que fuerat Ghibonis de Maren et qui postmodum ad
  2. Arnoldum ... de Os, filium quondam Tyelmanni, filij Arnoldi Tyelkini, spectare consueverat ... in vico Ecclesie inter her. Jacobi
  3. ... Dunnecop e.u.l. et inter her. Johannis filij quondam Johannis Busscher e.a.l. her. supportasset Gode-
  4. frido Cuypers, filio quondam Henrici Cuypers. Et cum Godefridus filius Gerardi Heerken senioris domum quandam posteriorem olim Johannis dicti
  5. Vynninck, postea Godefridi ... de Ekart ... in vico Hynthamensi retro Wilhelmi de Strathom atque quandam vac. her.
  6. ante dictam domum ... in qua quidem puteus consistit inter her. quondam Jacobi Coptiten, nunc Johannis dicti Ney (tekst ontbreekt) e.u.
  7. l. et inter her. Theoderici de Scijnle calcariatoris et reliquam her. conventus regularum in dumo prope Eyndhoven e.a.
  8. l. atque quandam viam tendente a dicta domo usque ad dicum vicum Hynthamensem. Item particulam orti ... ibidem versus vicum
  9. Ecclesie iuxta her. Henrici ... Mostart. Item quandam aliam domum posteriorem quondam Johannis ... Vynninc et ortum ...
  10. ibidem iuxta iamdictam domum versus Forum inter iamdictam her. e.u.l. et inter her. Vlendis filie quondam Wieri (tekst ontbreekt)
  11. dicti Jacopszoen e.a.l. Simul cum muris et stillicidijs ac alijs dictarum domorum ... universis simul cum
  12. iure utendi, via puteoet vac. her. predictis similiter alijs hominibus in eisdem habentibus her. supportasset Theoderico
  13. de Scynle, calcariatori. Et cum deinde Cristianus, Johannes et Katherina, liberi dicti quondam Theoderici de Scijnle supradictam aliam domum
  14. posteriorem et ortum simul cum iure utendi, via puteo et vac. her. predictis ... alijs hominibus ius in eisdem habentibus
  15. her. supportassent dicto Godefrido Cuypers pellifici, filio quondam Henrici. Cumque vero depost Gerongius de Busco, relictus
  16. legitimus ... Aleydis ... filie dicti quondam Godefridi Cuypers usufructum sibi competentem in tertia parte primodicti domus et
  17. aree que fuerat quondam Ghibonis de Maren atque adhuc in tercia parte supradicte alie domus posterioris olim dicti Johannis Vynninck et
  18. dicti orti ... ibidem iuxta iamdictam domum versus Forum. Simul in muris et stillicidium et alijs attinentijs eorundem domorum ...
  19. universis atque in iure utendi via et pubeo predictis similiter alijs hominibus ius in eisdem habentibus leg. supportassset magistro
  20. Francisco Toelinck, marito ... legitimo Bele ... ac Johanni Gheck tamquam marito legitimo ... Heylwigis ... filiarum
  21. dictorum Gerongij et quondam Aleydis ad opus eorum et ad opus magistri Petri presbyteri, filij eorundem Gerongij et quondam Aleydis ...
  22. Constituti igitur coram scabinis infrascriptis dictus magister Franciscus tamquam
  23. maritus ... leg. ... Bele ... et Johannes Gheck tamquam maritus ... leg. dicte Heylwigis
  24. ... atque dictus Gerongius nomine ... dicti magistri Petri, sui filij, necnon Wolterus Bolcx tamquam maritus ... legitimus
  25. ... Elisabeth ... filie dicti quondam Godefridi Cuypers, Sophia relicta ... Godefridi Cuypers iunioris, filij dicti
  26. quondam Godefridi Cuijpers, pro se ipsa et pro Henrico, suo filio, ... et
  27. Paulus Wynants tanquam maritus ... leg. Elisabeth ... filie quondam Godefridi, filij supradicti quondam Godefridi
  28. Cupers ... primodictam domum et aream simul etiam cum suis
  29. attinentijs que fuerant quondam Ghibonis de Maren quequidem domus et area cum suis attinentijs videlicet orto sibi adiacente pronunc
  30. siti sunt ibidem inter her. Henrici Zyberts pellificis e.u.l. et inter her. Henrici, relicte ... magistri Arnoldi
  31. Zweders e.a.l. et tendunt a dicto vico ecclesie retrorsum usque ad dictam aliam posteriorem et infrascriptam. Item
  32. adhuc iamdictam aliam domum posteriorem et dictum ortum sibi adiacente quiquidem domus posterioris et ortus pronunc siti sunt
  33. ibidem inter her. dicte Henrice relicte quondam magistri Arnoldi Zweeders et her. Zegeri Janssoen e.u.l. et inter
  34. her. domini Gerardi Hugonis, presbyteri, e.a.l. et tendunt a primodicto orto olim dicti Godefridi et ab her. dicti
  35. Henrici Zyberbs cum uno fine versus dictum vicum Ecclesie ad her. dicti Zegeri Janssoen et Herberti Happen, aurifabri, cum alio fine
  36. versus dictum vicum Hynthamensem simul cum iure utendi supradicta via quequidem via 3½ pedatas continens tendit
  37. et est protensa a iamdicto orto versus vicum Hynthamensem usque ad eundem vicum inter her. vero dicti Herberti aurifabri et Arnoldi dicti
  38. Sceymaker e.u.l. et inter her. dicti domini Gerardi et Arnoldi ... Neysen e.a.l. simul cum iure utendi dicto puteo
  39. ibidem consistente ac alijs suis iuribus et attinentijs similiter alijs hominibus ius in eisdem habentibus prout ...
  40. dictus quondam Godefridus Cuper senior in eisdem decessit ... leg. et her.
  41. supportaverunt Stephano Want, filio Henrici ... Want, pellifici, ...
  42. penitus deponet. Convnetionibus tamen inter
  43. dictum quondam Godefridum Cuper seniorem ex una et inter Arnoldum Zweders ex altera partibus super quodam muro et aquis pluvialibus ibidem
  44. factis semper salvis ... Testes ... scabini in Buscoducis Johannes Kanapart, filius Johannis
  45. et Johannes de Berkel. Datum 13 oktober 1509.
Zegels: ontbreken.
N.B.: Oorkonde is beschadigd en een gedeelte van de tekst ontbreekt.
band met: 1532 maart 8 (2x); 1566 maart 19; 1525 december 5; 1594 juni 22; 1605 oktober 15; 1439 februari 25; 1575 augustus 26 (3x); 1451 mei 4; 1509 oktober 13; 1503 oktober 25; 1457 januari 31; 1453 januari 19; 1451 mei 4.
Nummer: 1657

1509 oktober 13

  1. Notum sit universis quod cum Johannes ... van Beest filius quondam Marcelij domum et area que fuerat Ghibonis de Maren et
  2. que postmodum ad Arnoldum ... de Os, filium quondam Tyelmanni filij Arnoldi Tyelkini, spectare consueverat ...
  3. in vico Ecclesie inter her. Jacobi ... Dunnecop e.u.l. et inter her. Johannis filij
  4. quondam Johannis ... Busscher e.a.l. her. supportasset Godefrido Cuypers filio quondam Henrici
  5. Cupers ... Et cum Godefridus filius quondam
  6. Gerardi Heecken senioris domum quandam posteiorem olim Johannis ... Vynninck, postea Godefridi ... de Ekart
  7. in vico Hynthamensi retro domum Willelmi de Strathom atque quandam vacuam her.
  8. ante dictam domum iacentem in qua quidem puteus consistit inter her. quondam Jacobi Coptyten nunc Johannis
  9. ... Neynsen e.u.l. et inter her. Theoderici de Scynle calcariatoris et reliquam her. conventus
  10. regularum in domo prope Eyndovensi e.a.l. atque quandam viam tendendum a foro usque ad ... vicum Hynthamensem
  11. Idem qandam particulam orti ... ibidem versus vicum Ecclesie iuxta her. Henrici ... Mostart. Item quandam
  12. aliam domum posteriorem quondam Johannis dicti Vynninck et ortum ibidem iuxta iamdictam domum versus Forum
  13. inter iamdictam her. e.u.l. et inter her. Vlendis filie quondam Wieri dicti Jacobssoen
  14. e.a.l. tendendum ab her. dicti Theoderici de Scynle ad her. Johannis de Os, pellificis simul
  15. cum muris, stillicidijs et alijs attinentijs dictarum domorum ... universis simul cum iure utendi. via, puteo
  16. et vacua her. similiter alijs hominibus ius in eisdem habentibus her. supportasset Theoderico
  17. de Schynle, calcariatori, ... et cum
  18. deinde Cristianus Johannes et Katherina, liberi dicti quondam Theoderici de Schijnle supradictos aliam domum
  19. posteriorem et ortum simul cum iure utendi via puteo et vacua her. predictis similiter alijs hominibus ius
  20. in eisdem habentibus her. supportassent dicto Godefrido Cuypers pellifici, filio quondam Henrici ...
  21. Constitutus igitur coram scabinis infrascriptis Gerongius de Busco tamquam relictus legitimus ... Aleidis ... filie dicti quondam Godefridi Cupers
  22. usufructuni sibi ... in tercia parte primodicte domus et aree que fuerat quondam Ghybonis
  23. de Maren atque adhuc in tertia parte supradicte alie domus posterioris olim dicti Johannis Vynninck et dicti
  24. orti ... ibidem iuxta iamdictam domum versus Forum simul in muris et stillicidijs et alijs attinencijs earundem
  25. domorum ... universis atque in iure utendi via et puteo predictis simuliter alijs hominibus ...
  26. leg. supportavit magistro Francisco Toelinck tamquam marito ... Bele ... ac
  27. Johanni Gheck tamquam marito ... legitimo Heylwigis ... filiarum dictorum Gerongij et quondam Aleydis ad
  28. opus eorum et ad opus magistri Petri presbyteri filij erorundem Gerongij et quondam Aleidis ...
  29. Testes ... scabini in Buscoducis Johannes Kanapart filius Johannis
  30. et Johannes de Berkel. Datum 13 oktober 1509.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide ontbreken.
N.B.: zie ander vel.
Nummer: 1658

1510 januari 23

anno Domini millesimo quingentesimo nono

Johannes de Berkel en Johannes vander Bruggen, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Reynerus en Jacobus, broers, kinderen van wijlen Henricus vanden Royecker, aan magister Petrus de Os ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan verkocht hebben:
  1. een stukje grond, 2 lopenzaat groot, in de parochie Aerle naast een zekere hoeve Ten Cleynen Laer, zich uitstrekkend met een einde tot aan het erfgoed van wijlen Johannes Lemmens en met alle andere zijden tussen het erfgoed van de kerkfabriek van de Sint-Jan,
  2. stukje grond, 1½ lopenzaat groot, tussen het erfgoed van Henricus Hoernken Arntszoen aan een zijde en beide einden en het erfgoed van de kinderen van wijlen Theodericus die Lu, aan de andere zijde, met als last een halve stuver aan de heerlijkheid Rycstel.
Zegels: linkerzegel zwaar beschadigd, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 0979

1510 februari 20

  1. Quod anno a Nativitate
  2. Eiusdem Domini millesimo quingentesimo decimo ... mensis februarij die vicesima ...
  3. Henricus de Uden et Wolterus vander Rullen tamquam magistri fabrice ecclesie
  4. ... sancti Johannis ...
  5. palam recognoverunt de nomine et ex parte dicte fabrice pro summa centum florenos ...
  6. persolutis de quidquidem summa ut confitebantur
  7. se tenerent bene contentis et in profectum ... eisdem fabrice asseruerunt convertendum vendidisse ...
  8. Theoderico Janssoen de Bladel, rasori pannorum, et Elisabeth
  9. filie Pauli de Haestrecht coniugibus a. et v.p. novem florenorum renensium ...
  10. pro una in beati
  11. Johannis Baptiste et altera medietatibus in Domini Nostri Jhesu Christi Nativitatum festivitatibus cuisquidem vitalis pensionis
  12. prima solutio erit in festo Nativitatis Beati Johannis Baptiste proxime futuro ...
  13. Acta fuerunt hec in vico Hinthamensi apud cimiterium dicte ecclesie. Presentibus
  14. Johanne Monix, filio Willelmi et Arnoldo Henricszoen, famulo dicti Henrici de Uden ...
  15. Et ego Johannes Bax, clericus Cameracensis diocesis ...
  16. notarius ...
Nummer: 1389

1510 maart 18

  1. quod anno a Nativitate Eiusdem millesimo quingentesimo
  2. decimo ... die decimaoctava mensis marcij ...
  3. personaliter constituta ... Katherina filia quondam Walteri
  4. Bye civis et incola Buscuducensis ...
  5. condendum testamentum suum ...
  6. inter
  7. cetera dedit ... ad fabricam ecclesie sancti Lamberti Leodiensis septem stuferos
  8. et sancto Johanni ... septem stuferos. Item
  9. dedit ... fabrice ecclesie sancti Johannis ... et conventui predicatorum
  10. Busciducensem quemdam campum ... in loco qui vulgariter dicitur In-die-Kuysten-
  11. hoeve quem ut dixit emerat ab Henrico in urso communiter et exequo dividendum. Ita
  12. tamen ut ipsa testatrix succubuerit in lite sibi per Gerardum Jordani mota
  13. dictus campus eidem Gerardo cedat In fundum veÏ contrapignoribus census duorum et
  14. dimidii modiorum siliginis, redimendum tamen per dictos legatarios si et quando voluerint
  15. cum centum florenis ... Insuper et alia plura disposuit et ordinavit
  16. prout in plenario testamento ... latius continetur
  17. que omnia et singula unacum premissis valere voluit iure testamenti ...
  18. executrices elegit ... Geertrudem Loyen et Elisabeth filiam eius relictam
  19. ... Johannis Michaelis presentes et acceptandes ...
  20. Acta ...
  21. in domo habitacionis Geertrudis prefate. Presentibus ibidem ...
  22. Gerardo Nicolai et Theoderico Keelbreker et Michaele Johannis Backs civibus Buscidu-
  23. censibus ...
  24. Et ego Wilhelmus Borsaliensis clericus Traiectensis diocesis
  25. notarius
Nummer: 1659

1510 mei 4

  1. Wolterus vander Rullen tamquam magister ... fabrice ecclesie sancti Johannis ... Johannes de Op-
  2. hoven filius quondam Rutgeri de Ophoven tamquam decanus ... fabrice capelle beatorum Petri et Pauli ...
  3. et Lambertus Bogart tamquam hooftmannus et Johannes de Lyer tamquam magister cere ... wasmeester gilde
  4. seu confraternitatis ... vanden alden voetboege et eo nomine tamquam magistri
  5. fabrice capelle beati Georgij mulitis et martiris ... potentes ad infrascripta ... tres quartes
  6. ad dictas fabricas ecclesie et capellarum spectandes in a. et h.c. quatuor £ ...
  7. de et ex domo et area ... in ...
  8. Colperstraet inter hereditatem Johannis dicti Becker filii quondam Johannis dicti die Heirde e.u.l. et inter her. Ghyselberti
  9. Vullinc e.a.l. quem integrum censum ... Johannes filius quondam Gerardi ... Vosse erga fratrem Henricum ...
  10. de Gorichem filium quondam Johannis Kemmer emendum acquisierat ...
  11. Et quem censum ... Henricus Noeden in suo testamento inter cetera ... prefatis fabricis ecclesie ...
  12. capelle ... et capelle necnon fabrice capelle sancti Cornelii ...
  13. supra aggerem Vuchtensem legaverat ...
  14. Et quem censu quondam Katherina relicta ... Godefridi de Zeelst de et ex dicta domo sua et area
  15. pronunc sita ... in ... die Verwerstraet ad finem eiusdem vici iuxta domum et aream magistri Symonis
  16. de Couderborch ... leg. et her. supportavit Jacobo vanden Wyele et Lamberto filio Griffonis
  17. vanden Berge den scheermaker tamquam magistris ... dicte fabrice sancti Cornelii ... ad
  18. opus eiusdem fabrice capelle ...
  19. Testes
  20. ... scabini in Buscoducis Lambertus Bogart predictus et Godefridus Symonis. Datum quarta die mensis
  21. maij ... Anno Domini millesimo quingentesimo decimo.
Dorsaal:
  1. IIII pont van Henrick Noeden uuten huyse vanden orghelmaker
  2. folio 52 verso 29 schelling 3 denarij payement 10 stuiver 5 denarij synde 6.10.5.
Zegels : beide licht beschadigd.
Nummer: 1660

1510 juli 10

Godefridus Symons en Gerardus vander Bruggen, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat magister Petrus de Busco en heer Petrus die Ruyter, kanunniken en kapittelleden van de Sint-Jan, als commissarissen door het kapittel afgevaardigd, aan magister Nycolaus Kuyst ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan overgedragen hebben een erfpacht van 6 mud rogge uit de goederen Te Laer in de parochie Aerle en uit alle afhankelijkheden van die goederen, welke pacht Lambertus de Doerne, zoon van wijlen Cristianus, ten gunste van magister Arnoldus Buck, bastionarius van het kapittel in Den Bosch, van Arnoldus Hoernken, zoon van wijlen Symon Hoernken, Henricus Vrancken, wettige echtgenoot van Aleydis, en Godefridus Geritszoen, wettige echtgenoot van Katherina, dochters van genoemde Symon Hoernken, verkregen had, waarvoor Jordanus de Boert en Wolterus vander Rullen vandaag in ruil verscheidene pachten tot een totaal van 6 mud rogge aan magister Nycolaus Kuyst ten gunste van het kapittel overgedragen hebben.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0980

1510 augustus 8

Johannes Kanapert, zoon van Johannes, en Henricus de Uden, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat dezelfde Henricus de Uden en Jordanus de Boert, als meesters van de kerkfabriek van de Sint-Jan, daartoe gemachtigd, aan Maria, dochter van wijlen Johannes de Doerne, beloofd hebben een lijfrente van 20 rynsgulden te betalen, waarvan de 1e helft op Kerstmis uitbetaald wordt en de 2e helft op het feest van de Geboorte van Johannes de Doper en waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op het eerstvolgende feest van Kerstmis, uit de hoeve Ten Cleynen Laer van de kerkfabriek in de parochie Aerlebeeck en uit alle rechten en afhankelijke goederen van die hoeve.
Zegels: beide ontbreken.
Nummer: 0981

1510 augustus 16

Johannes Kanapert, zoon van Johannes, en Arnoldus Monix, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Andreas Moll met toestemming van Katherina, zijn echtgenote, aan magister Gerardus Moll, zoon van wijlen Gerardus Moll, 40 rijnsgulden vermaakt had die een maal na de dood van Andreas en Katherina uitbetaald zouden moeten worden. Katherina, weduwe van Andreas, is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft verklaard dat zij dit legaat nooit zal verbreken en wil dat deze 40 gulden na haar dood aan magister Gerardus, of als hij gestorven is, aan zijn erfgenamen, uit de goederen van wijlen Andreas Moll betaald zal worden.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel onbeschadigd.
Nummer: 0982

1511 januari 4

anno Domini millesimo quingentesimo decimo

Arnoldus Paenweter en Geerlacus die Rover, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Henricus, zoon van wijlen Zemderus Henricxsen aan het convent van de Predikheren in Den Bosch voor de ene helft en de kerkfabriek van de Sint-Jan voor de andere helft beloofd heeft te betalen gedurende 6 jaar vanaf het laatste feest van Sint-Martinus in de winter 12 Rynsgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op dat eerstvolgende feest wegens de huur van een zekere kamp, 3 morgen groot, op de plaats Die Hoeven bij de plaats in de nabijheid van de plaats Byde Guade Slenck op de volgende voorwaarden:
  1. Henricus onderhoudt die kamp intussen met sikkels en met zeisen,
  2. Hij zal ook alle andere werkzaamheden nakomen, uigezonderd de nieuwe,
  3. die huur kan op het eind van 3 jaar aflopen op het verlangen van een van beide partijen, echter moet de ene partij de andere dan voor het feest van Sint-Remigius dit aankondigen.
Dorsaal: pro fabrica Henricus van Horssen.
Zegels: beide ontbreken.
Nummer: 0983

1511 februari 5

Johannes Monix en Lambertus Millinck, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Jacobus, zoon van wijlen Adam In Gheenhulst, als wettige echtgenoot van Johanna, dochter van wijlen Willelmus Pieckevet, aan Johannes, zoon van Johannes de Craendonck, het huis en erf die vroeger van Lambertus, zoon van wijlen Rodolphus de Tephelen, waren aan het einde van de Orthenstraat naast de Sint-Petrus- en Pauluskapel aan een zijde en het erfgoed van Johannes de Tuyll, perkamentmaker, aan de andere zijde, welk huis en erf Willelmus Pieckevet van Theodericus, zoon van wijlen Theodericus Hubertsen, nastelmeker, verkregen had, en welk huis en erf aan Jacobus bij een erfdeling afgestaan was.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0984

1511 april 2

  1. ... millesimo
  2. quingentesimo undecimo mensis aprilis die secunda ...
  3. discreta et honesta matrona Johanna Beerskelman, relicta ... Gysberti filij Johannis dicti Gyben, opidani dum viverit opidi
  4. Busciducensis, ...
  5. testamentum suum ... ordinavit in modum subsequentem, vigore etiam testamenti sui mariti
  6. prius ordinati sub magistro Wilhelmo de Bursalia, vicecurato ecclesie collegiate ... sancti Johannis ...
  7. Insuper revocavit ... omnia alia et singula sua
  8. testamenta .... excepto illo vero testamento per ipsam et maritum suum Gysbertum prenominatum, ordinatum
  9. ... sub magistro Wilhelmo de Bursalia prescripto ... Insuper sepe dicta testatrix legavit fabrice insignis
  10. ecclesie sancti Lamberti Leodiensii unum stuferum semel dandum ... Item adhuc
  11. prescripta testatrix legavit ... Cornelio filio naturali domini Johannis, ipsius testatricis filij, unum maldrum
  12. sil. perpetue pactionis ... quem habet idem testatrix in Oss apud quemdam Hanricum die Gruter ibidem
  13. commorans ... Item adhuc ... testatrix legavit eidem Cornelio
  14. sussitato per prenominatum dominum Johannem ex quadam ancilla dicta Mergareta Gellenboerch 5 sextariata siliginis ...
  15. que habet prescripta testatrix in bonis cuiusdam Johannis Maes commorans in Cromvoert prope opidum
  16. prenarratum ... Item adhuc ... testatrix legavit ...
  17. Waltero, filio etiam naturali ipsius domini Johannis, filij ipsius testatricis dum viveret prescripti sussitato per
  18. eundem dominum Johannem ex quadam ancilla ... Dimpna de Aa unum modium sil. ...
  19. quem habet ... testatrix ... in bonis eiusdem Hanrici Lamberti commorans in Helvoert ...
  20. Item prenominata testatrix legavit ...
  21. Cornelio ... et Waltero prescriptis ... unicumque eorum 2 florenos
  22. renenses ... salvo tamen tali
  23. conditione apposita quod ipsi Cornelius eb Walterus ... huiusmodi sil. et florenos prescriptos non alienabunt, vendent ...
  24. nisi et inquantum
  25. habuerunt aut alter eorum habuerit leg. prolem aut proles vel saltem intraverint aut alter eorum intraverit religionem que quidem
  26. florenos sic prenotatos ipsi C. et W. ... levabunt ... ex domo, orto et area ipsius
  27. testatricis ... apud capellam sancti Anthonij ... Alioqui nisi sic ut prefertur descenderet videlicet sil. et florenos
  28. sic prescriptis ad proximores heredes ipsius testatricis et sui mariti Gysberti prenominati. Item adhuc ... testatrix legavit ...
  29. domino Henrico de Bladel, presbytero beneficiato ecclesie coll. sancti Johannis ... lectum unum
  30. duas ullas in latitudine continentem et unum par stapellaken et unum ... oercussen cum omnibus requisitis ut ibidem
  31. in domo habitacionis eiusdem testatricis habetur. Item ... testatrix legavit ... capelle in Cromvoert in augmentum unius
  32. misse fundande ibidem perpetuis futuris temporibus per magistros fabrice aut alterius vicium illuc habitantes 3 £ perpetue pactionis
  33. quas eadem testatrix habet in Gemonden in bonis cuiusdam dicti Arnoldi Theoderici ...
  34. Item adhuc ... testatrix legavit ... capelle sancti Anthonij
  35. (onleesbaar) in Dunghen ...
  36. Item adhuc desideravit atque lege mandavit ... omni septima unam missam perpetuis futuris temporibus
  37. pro salute anime sue suique mariti per secularem ydoneum presbyterum atque legavit eidem legenti 10 £ perpetue pactionem levandum ex
  38. domo sue habitacionis ... apud capellamsancti Anthonij ... et pro primo nominavit dominum Hanricum de Bladel prescriptum
  39. et voluit quod idem dominus Henricus legat ... eam ad vitam suam et post vitam ipsius domini Hanrici voluit quod magistri fabrice
  40. protunc ... disponent de eadem missa prout prescribitur et eis videbitur expedire. Item valorem domus ... testatricis
  41. ... ultra per prius specificata in predicto suo testamento eadem testatrix legat et dat ...
  42. capelle sancti Anthonij abbatis ... Item omnia alia sua bona tam mobilia quam immobilia, credita et census
  43. ... in presenti autem suo testamento non specificata tam publica quam privata legat ... Petro Buyssen,
  44. sartori, opidano opidi Busciducensis, commorans in platea aquarium apud Portam Captivorum ad opus sui et Cornelij prescripti ... Salvo tamen
  45. quod idem Petrus Buyssen ... de eisdem bonis satisfaciet suis ipsius testatricis creditoribus et de expensis funeralibus et
  46. ... Huius autem testamenti ... testatrix elegit ...
  47. suos executores ... Hanricum Wolteri aut eius filium in Cromvoert commorans et magistros
  48. fabrice capelle sancti Anthonij ... pro tempore ...
  49. legans eidem Hanrico ob hoc eidem Hanrico mantellum de nigro panno quem habet ...
  50. Acta sunt hec in domo habitationis ipsius testatricis ...
  51. ad locum prescriptum ... presentibus ibidem ...
  52. Ywano Yweis, sartore, et Johanne die Cuper, opidanis dicti opidi ...
  53. Et ego Johannes Oems de Buscoducis, presbyter Leodiensis diocesis ... notarius ...
Nummer: 1661

1511 mei 19

  1. Willelmus filius quondam Pauli de Lyebergen, textor lineorum, domum, aream ortum ac domum
  2. posteriorem sibi adiacente olim Johannis filij quondam Petri Corten, ... ad finem
  3. vici Hynthamensi prope capellam sancti Anthonij ... inter her. Henrici ...
  4. Inde Reyse Naelt e.u.l. et inter her. dicte capelle ... e.
  5. a.l. quos domum, aream et ortum ac domum posteriorem dictus Willelmus erga dominum
  6. Nycolaum Hoyberchs, presbyterem pro quibusdam oneribus ad pactum accisierat ...
  7. leg. et her. supportavit
  8. Johanni filio quondam Theoderici Henricszoen ...
  9. deponet omnino excepto h.c. 9 £
  10. ... domui pauperum
  11. clericorum ... in vico Hynthamensi. Promisit insuper dictus Willelmus
  12. ... si ex premissis inventum fuerit via iuris plus fore solvendum
  13. quam dictus census 9 £ ... et census fundi, hoc plus eidem Johanni
  14. deponet omnino. Testes ... scabini in Buscoducis Rodolphus vanden Broeck
  15. et Geerlacus die Roever. Datum 19 mei 1511.
Dorsaal: 20½ £ payment uyt huys neffens de capel neffens de Rijsenaelt.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel licht beschadigd.
N.B.: verband met 1527 september 16
Nummer: 0985

1511 oktober 14

  1. Magister Henricus Ghysels h.p. unius modij sil. ...
  2. ex domo et orto ... in parochia de Berlikem in pastoria de
  3. Belver iuxta mericam ibidem inter her. liberorum dictorum Smeesters kynder e.u.l. et inter communem plateam e.
  4. a.l. quam pactionem Lambertus et Johanna, liberi quondam Mathie de Rietvoert Janssoen, prefato magistro Henrico
  5. ad opus Henrici, Jacobi et Elisabeth, suorum liberorum naturalium, her. supportaverant ...
  6. leg. et her. supportavit magistro Martino
  7. die Greve ad opus fabrice ecclesie sancti Johannis ...
  8. Testes ... scabini in Buscoducis Goeswinus de Brecht et Henricus de Broechoven. Datum
  9. 14 oktober 1511.
Dorsaal:
  1. Een mud roggen tot Berlickom numero 64 (Vander Weeghe)
  2. folio 11 legger rogpagten
  3. red. met 6 gulden
Zegels : linkerzegel onbeschadigd, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 0987

1511 november 22

Elsbena, dochter, van wijlen Henricus van Doirt, weduwe van wijlen Johannes Michael Luy, en Angela, haar dochter, vermaken 'n jaarrente van 7 gemeene ponden en 10 stuivers aan de kerkfabriek van St. Jan Evangelist in den Bosch, op conditie dat de kerkmeesters haar jaarijks 6 ponden zullen uitbetalen, tot den dood der langstlevende, en dat er lichten zullen ontstoken worden tijdens de diensten op 't feest van de H. Maria Magdialena. Tot genoemde rente had zich Joh. v. Kessel,z oon van Arnoldus, verplicht tegenover den grootvader van Elsbena, Joh. v.d. Audermoelen, wegens 't huis en erf, gelegen aan de Hinthaerstraat bij 't kerkhof van genoemde kerk en dat vroeger behoorde aan Bela, weduwe van Henriicus die Cuypere en nu aan Joh. v. Machtendonck, alias Hans v. Gennip die Hoofsleger. Getuigen waren Barthol. Meerlaer, priester en Theodorieus Marslair, clericus. De akte is verleden voor den notaris Nic. Hoyberchs v. Bladel.
Nummer: 1390

1511 november 22

  1. ... Anno ... millesimo quingentesimo undecimo ...
  2. mensis vero novembris die vicesima secunda ...
  3. constitute ... persone Elsbena, filia quondam Henrici van Doirt. relicta ... Johannis
  4. Michaelis alias Luy, et Angela, eius filia leg. ...
  5. quibus pobuerunt et debuerunt ... darent c. a. et h. 7 £ 10
  6. sol. ...
  7. quem censum Johannes ... de Kessel filius Arnoldi promiserat
  8. se daturum et soluturum ... Johanni vander Audermoelen avo siquidem
  9. dicte Elsbene ... ex domo et area olim Bele, relicte Henrici die Cuyper, pronunc Johannis de Wachten-
  10. donck, alias dicti Hans van Gennip, die hoofsleger sitis e.u.l. eb fine uno ad cymiterium ecclesie sancti
  11. Johannis Ev. ... et inter her. Petri Wouters, fabri, e.a.l., cum alio fine
  12. ad communem plateam ... die Hinthamerstraet ...
  13. prefate Elsbena et Angela discreto
  14. viro Henrico de Uden, mamburno fabrice pretacte ... ad opus eiusdem fabrice conditionibus
  15. subsequentis salvis her. supportaverunt ...
  16. conditionibus talibus tamen adiectis quod magistri et mamburni dicte fabrice ...
  17. singulis annis vita dictarum Elsbena et Angele ac alterius ipsarum ...
  18. prefatis Elsbene et Angele ac ex ipsis superstiti 6
  19. £ ...
  20. quodquod dicbi magistri fabrice luminaria et candelas cereas in choro dicte ecclesie, in primis et secundis
  21. vesperis, matutinis ac summa missa in festo beati Marie Magdalene incendi et usque ad earundem horarum
  22. finem accensas teneri facient eb tenebunt. ...
  23. Acta fuerunt hec in camera computationum dictorum mamburnorum ...
  24. iuxba ecclesiam pretactam ... Presentibus ... magisbro Bartholo-
  25. meo Meerlaer, presbytero et Theoderico de Marselair, clerico ...
  26. Et ego Nicolaus Hoyberchs de Bladel, clericus Leodiensis dyocesis ...
  27. notarius ...
Dorsaal: geqweeten prout in Libro Johannis Bacx.
Nummer: 1390

1512 februari 14

anno Domini millesimo quingentesimo undecimo

Nicholaus de Buchoven en Mathias, zoon van Lambertus Stoeters, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Katherina, weduwe van Andreas Mols, wijnhandelaar, aan Matheus Byns de Hamont beloofd heeft een erfcijns van 6 rijnsgulden te betalen, waarvan de helft betaald wordt op het feest van de Geboorte van Johannes de Doper en de andere helft op het feest van Kerstmis en waarvan de eerste helft betaald zal worden op het eerstvolgende feest van de Geboorte van Johannes de Doper uit de helft die aan Katherina toebehoort in een huis, hof en stuk onbebouwde grond, en het aangrenzende achterhuis, gewoonlijk Inden Zwaen genoemd op de Markt tussen het erfgoed van Johannes die Cock Ghysbrechtsoen aan een zijde en het erfgoed van Johannes Matheeussoen, anders genoemd die Piper, aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de Markt tot aan het erfgoed van het convent van de Minderbroeders in Den Bosch op de volgende voorwaarden:
  1. Dat Matheus zich op de geschikte tijd zich tot priester laat wijden;
  2. Hij zal dan wekelijks verplicht zijn een mis te lezen of laten lezen voor het zieleheil van Andreas en Katherina;
  3. Na Matheus' dood zal deze cijns in handen komen van de kerkfabriek van de Sint-Jan, echter op voorwaarde dat de meesters van die kerkfabriek door een geschikte priester, die zij zelf uit zullen kiezen, wekelijks een mis laten lezen voor het zieleheil van Andreas en Katherina;
  4. Katherina of de bezitters van deze cijns in andere tijd kunnen met voorkennis en toestemming van de meesters van deze kerkfabriek in plaats van deze cijns een andere cijns van 6 gulden aanwijzen in Den Bosch of de Meierij.
Dorsaal:
  1. Numero 36 (Vander Weeghe)
  2. folio 45.
Zegels: beide ontbreken.
Nummer: 0988

1512 februari 14

  1. Catharina relicta quondam Andree Moll vinitoris ...
  2. promisit ... se daturum et soluturum Matheo Byns de Hanmont
  3. a. et h.c. 6 florenorum renensium ...
  4. mediatim in festo Nativitatis B.J.B. et medi-
  5. atim in festo N.D. et pro primo solutionis termino in Nat. B.J.
  6. B. proxime futuro ex medietate ad dictam Catherinam spectante in domo area et orto
  7. ac vacua hereditate necnon domo posteriori sibi retro adiacente ... inden Zwaen ...
  8. ad communem forum inter her. Johannis die Cock Ghysbrechtssoen e.u.l. et inter
  9. her. Johannis Matheeussoen alias dicti die Piper e.a.l. tendendum a communi fore
  10. predicto retrorsum usque ad her. conventus fratrum minorum ...
  11. Talibus condicionibus ... quod dictus Matheus temporibus oportunis ... faciet
  12. ... se promoveri ad sacros ordines quibus habitis extunc in antea obligatus erit
  13. ... septimanatim celebrare aut celebrari facere unam missam pro salute animarum quondam
  14. Andree et Catherine predictorum. Insuper conditionatum est quod dictus census post mortem
  15. prefati Mathei cedet et devolvetur fabrice ecclesie sancti Johannis ... salvo
  16. quo magistri et rectores ... eiusdem fabrice septimanatim per presbyterum ydone-
  17. um ad hoc per ipsum eligendum celebrari facient unam missam pro salute animarum predictarum.
  18. Insuper conditionatum est quod postquam predicta Catherina aut proprietarij pro tempore
  19. dictorum contrapignorum consimilem et equivalantem censum 6 flor. renensium
  20. ad et supra certa sufficientia contrapignora infra dictum oppidum aut eius villicationem
  21. ... de scitu tamen et voluntate doctorum recotorum assignaverint quod extunc predicta
  22. medietas domus aree et orti vacue her. et dom. post. ... a
  23. solutione primodicti census perpetuo erit libera ... Testes
  24. scabini in Buscoducis Nicolaus de Buchoven et Mathias filius Lamberti Scoeters. Datum
  25. decimaquarta die mensis februarij. A.D. millesimo quingentesimo undecimo.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegeld: beide ontbreken.
Nummer: 1391

1512 februari 14

Anno Domini millesimo quingentesimo undecimo

Nycolaus de Buchoven en Mathias, zoon van Lambertus, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Katherina, weduwe van Andreas Mols, wijnhandelaar, aan Matheus Byns de Hamont, beloofd heeft te betalen een erfcijns van 6 rynsgulden, de helft op het feest van de Geboorte van Johannes de Doper, de andere helft op het feest van Kerstmis, waarvan de eerste betalingstermijn zal plaatsvinden op het eerstvolgende feest van de Geboorte van Johannes de Doper uit de helft die aan Katherina toebehoort van een huis, erf, hof en onbebouwde ruimte en het aangrenzende achterhuis, gewoonlijk Inden Zwaen genoemd, op de Markt tussen het erfgoed van Johannes die Cock Ghijsbrechtszoen aan een zijde en het erfgoed van Johannes Matheeuszoen, anders genoemd die pyper, aan de andere zijde, zich achterwaarts uitstrekkend vanaf de Markt tot aan het erfgoed van het convent van de Minderbroeders in Den Bosch op de volgende voorwaarden:
  1. Als Matheus zich op te zijner tijd tot priester zal laten wijden hij wekelijks verplicht zal zijn een mis te lezen of te laten lezen voor het zieleheil van wijlen Andreas en Katherina;
  2. Na de dood van Matheus zal deze cijns in handen komen van de kerkfabriek van de Sint-Jan, echter op voorwaarde dat de meesters van de kerkfabriek door een geschikte priester, die zij zelf uit zullen kiezen, wekelijks een mis laten lezen voor het zieleheil van Andreas en Katherina,
  3. Katherina of andere bezitters van deze cijns kunnen in plaats van deze cijns met medeweten en goedvinden van de meesters van de kerkfabriek een andere cijns van de zelfde waarde met een onderpand in de stad Den Bosch of de Meierij aanwijzen.
Zegels: linkerzegel ontbreekt, rechterzegel zwaar beschadigd.
Nummer: 1391

1512 maart 4

  1. Universis Officialis Leodiensis salutem in Domino
  2. ... Noveritis quod die et hora infrascriptis coram nobis constitutus ...
  3. Matheus Bijns de Hamont clericus Leodiensis diocesis in villa de Hamont ... commorans nobis
  4. ... exposuit qualiter ipse devotionem zelo accensus ut liberius altissimo in divinis famulari ac pro
  5. sua parentum amicorum et benefactorum suorum animarum salute orare valeat nullum ad presens habeat beneficium
  6. ... ecclesiasticum ad omnes sacros subdyaconatos dyaconatos et presbyteratos ordines promovendum titulo tamen
  7. sui patrimonii videlicet quinque florenorum renensium ...
  8. a. et v.p. necnon sex florenorum renensium ... a. et h.c.
  9. quos idem Matheus ... asserit se habere ad et supra sufficientes hereditates ...
  10. in quibusdam litteris scabinalibus ... opidi de Buscoducis ...
  11. et quibus hec presente nostre litere transfiguntur ...
  12. Si adhoc nostra auctoritati ordinaria sibi suffragari possit aut valeat Unde nos officialis Leodiensii antedictus
  13. attendentes supplicationem huiusmodi fore iustam et rationi consensum quidquid iusta petendum non est denegandus assensus
  14. Sed tam pie supplicationi venit et est condeficendum recepto prius per nos de et a dicto Matheo clerico
  15. iuramento in talibus prestari solito et consueto ac illo per eundem Matheum solempniter coram nobis prestito
  16. de et super eo videlicet. Ouod pretacto littere scabinalibus sunt vere iuste sancte impetrate Et quod in illo non
  17. neque alienabit aut in alium transportabit donec sibi de beneficio ... ecclesiastico tanti aut maioris valoris
  18. legitime promisit fuerit eundem Matheum clericum ad predictos sacros ...
  19. ordines titulo pretacti sui patrimonij admittendum esse decernimus Vobisque reverendissimo ...
  20. Domino Leodiensii episcopo vestro ve in pontificalibus vicario seu vicesgerendum eundem Matheum clericum tamquam habilem
  21. et ydoneum competentem que literature ac bone vite honesteque conversatione informatione summaria deesuper recepta
  22. quatenus titulo pretacti sui patrimonij ad predictos sacros ordines temporibus adhoc de iure statutis promoveri et
  23. admitti valeat in Dei nomine presentamus per presentes in cuius rei testimonium sigillum officialitatis curie nostre
  24. ... Datum Anno a Nativitate Domini millesimo quingentesimo duodecimo mensis
  25. martii die quarta
Dorsaal: geen aantekening.
Zegel: zwaar beschadigd.
N.B.: Deze akte vormt transfix samen met akte van 1512 februari 14.
Nummer: 1662

1512 maart 12

anno Domini millesimo quingentesirno undecimo

Johannes de Vladeracken en Lambertus vanden Hezeacker, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Johannes, zoon van wijlen Theodericus Henricxzoen, aan Wolterus, zoon van wijlen Johannes Wouters soen, overgedragen heeft een huis, erf, hof en aangrenzend achterhuis, dat vroeger van Johannes, zoon van wijlen Petrus Corten was, aan het einde van de Hynthamerstraat bij de Sint-Anthoniuskapel tussen het erfgoed van Henricus, gewoonlijk genoemd Inde Reyse Naelt, aan een zijde en het erfgoed van de kapel aan de andere zijde, welk huis, erf, hof en achterhuis Johannes van Willelmus, zoon van wijlen Paulus de Lyebergen, linnenwever, gekocht had.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0989

1512 april 6

Anno Domini millesimo quingentesimo undecimo

Lambertus vanden Hezeacker en Nycolaus de Buchoven, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Katherina, dochter van wijlen Lambertus de Roede, aan magister Nicolaus Kuyst ten gunste van de Zusters in de Papenhuls verkocht heeft een erfcijns van 3 rynsgulden, waarvan de eerste betalingstermijn zal zijn vanaf het eerstvolgende feest van Pasen over een jaar uit het huis, erf en aangrenzende onbebouwde ruimte van Katherina op het einde van de Ververstraat tussen het erfgoed van magister Symon de Couderborch aan een zijde en het erfgoed van Petrus die Brouwer, genoemd In Dat Zevengestarre, aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de straat tot aan de Dyese met als lasten verscheidene cijnzen tot een totaal van 5 rynsgulden en 2 gwillumstuyn. De verkoop heft plaatsgevonden op voorwaarde dat Katherina deze cijns altijd kan terugkopen voor een bedrag van 55 rynsgulden ineens en met de cijns van het jaar van terugkoop en de achterstallige cijnzen, op voorwaarde echter dat Katherina aan de zusters deze terugkoop een half jaar te voren aankondigt.
Dorsaal:
  1. Numero 72 (Vander Weeghe)
  2. 62.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 0990

1512 april 24

Lambertus vanden Hezeacker en Henricus de Broechoven, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Jacobus, zoon van wijlen Adam In Gheen Hulst, wettige echtgenoot van Johanna, dochter van wijlen Willelmus Pieckevet, aan Johannes, zoon van wijlen Johannes de Craendonck, overgedragen had:
  1. een kamer die eerst aan de Sint-Petrus- en Pauluskapel toebehoorde achter die kapel tussen een onbebouwd stuk erfgoed van die kapel aan een zijde en het erfgoed dat vroeger van Willelmus Pieckevet was, nu van Johannes, zoon van Johannes de Craendonck aan de andere zijde,
  2. het genoemd stuk onbebouwd erfgoed aangrenzend achter die kamer tussen het erfgoed van Johannes de Craendonck aan een zijde en de kapel aan de andere zijde,
  3. het gebruikrecht samen met enige andere personen van een pad aan de andere zijde van de weg en de afvoerbuis boven het stromend water.
Johannes de Craendonck is nu voor bovengenoemde schepenen verschenen en heeft aan Johannes Bolant, zoon van wijlen Johannes, schrijnwerker, als eigenaar van het huis en erf dat vroeger van Lambertus, zoon van Rodolphus de Tephelen, was aan het einde van de Orthenstraat als eigenaar van die kamer, zijn gebruiksrecht van een zeker pad aan de andere zijde van die weg overgedragen.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1392

1512 december 31

Franciscus Toelinc en Johannes de Erpe, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Lambertus Bogaert, als hoeftman, Ambrosius Brusten, zoon van wijlen Wellinus Arntssen, Johannes Jacopssen, anders genoemd sloetmeker, en Petrus Henricxsen, als dekens van de oude schutters van het Sint-Jorisgilde in Den Bosch, in hun naam en die van alle andere boogschutters van dat gilde, aan magister Martinus de Greve ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan hebben overgedragen de helft van een erfcijns van 30 schelling uit het huis, erf en hof in de Ververstraat tussen het erfgoed van Petrus Jordaenssen aan een zijde en het erfgoed van Katherina Keelbrekers aan de andere zijde, welke cijns van 30 schelling Theodericus vander Elst en Hillegondis, zijn vrouw, dochter van wijlen Johannes van Gunterslaer, bij het maken van hun testament, onder andere aan dit gilde voor een helft en de kerkfabriek van de Sint-Jan voor de andere helft vermaakt hadden.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1393

1512 december 31

  1. Lambertus Bogaert tamquam capitanueus ... hoeftman Ambrosius ... Brusten filius quondam Wellini Arntssoen
  2. Johannes Jacopssoen alias sloetmeker et Petrus Henricxsoen tamquam decani antiquorum sagittariorum gilde
  3. ... confraternitatis beati Georgij militis et martiris infra opidum de Buscoducis et illis nominibus pro se
  4. ipisis et quibusquamque alijs sagittarijs eiusdem gilde ... medietatem h.c. 30
  5. dol. ...
  6. de et ex domo area et orto ...
  7. in vico Tinctorum inter her. Petri Jordaenssoen e.u.l. et inter her. Katherine Keelbrekers
  8. e.a.l. quem censum 30 ... Theodericus vander Elst et Hillegondis eius uxor filia quondam
  9. Johannis van Gunterslaer condendo de eorum testamentum ... inter cetera ...
  10. legaverant predicte confraternitati ... pro una et fabrica ecclesie sancti Johannis ...
  11. pro reliqua medietatibus ...
  12. leg. et her. supportaverunt magistro Martino de Greve ad opus dicte fabrice ...
  13. Testes ... scabini in Buscoducis
  14. Franciscus Toeiinc et Johannes de Erpe. Datum ultima die mensis decembris anno D. millesimo quin-
  15. gentesimo duodecimo.
Dorsaal: geen aantekening.
Zegels: beide licht beschadigd.
Nummer: 1393

1513 maart 8

anno Domini millesimo quingentesimo duodecimo

Rodolphus Noppen en Henricus Kuyst, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Katherina, weduwe van Henricus, zoon van wijlen Theodericus Artssen, aan magister Nycolaus Kuyst ten gunste van de kerkfabriek van de Sint-Jan heeft overgedragen haar vruchtgebruik en al haar rechten op:
  1. een erfcijns van 5 £ en de achterstallige bedragen uit die cijns uit een huis, erf en hof met afhankelijke goederen in de parochie Stiphout tussen het erfgoed van de erfgenamen van wijlen Henricus Smeedts aan een zijde en de openbare weg aan de andere zijde, welke cijns Henricus, zoon van wijlen Theodericus, van Willelmus, zoon van wijlen Johannes, gekocht had,
  2. een erfpacht van 1 mud rogge uit een huis, erf, hof en aangrenzende erfgoederen, 1 mudzaat groot, in de parochie Gestel op de plaats Hezelaer tussen het erfgoed van Jacobus Ghysels en Rodolphus die Haze aan een zijde en het erfgoed van Heylwig, weduwe van Ghysbertus Sgreven aan de andere zijde,
  3. huis, erf en aangrenzende hof in de parochie Gestel bij Herlair naast het erfgoed van Johannes Scilder aan een zijde en het erfgoed van Heylwig Sgreven aan de andere zijde,
  4. een stuk landbouwgrond aldaar tussen het erfgoed van Johannes Scilder aan een zijde en de opebare weg aan de andere zijde,
welke pacht Henricus, zoon van wijlen Theodericus Arts, spelmeker, van Willelmus, zoon van wijlen Egidius, zoon van wijlen Willelmus de Herenthem, gekocht had.
Nummer: 1394

1513 augustus 31

Rodolphus Noppen en Aelbertus de Berkel, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Gerardus, zoon van wijlen Adrianus de Rotterdammis, aan magister Arnoldus Coelborner, zoon van wijlen Cornelius, verkocht heeft een erfcijns van 3 Rynsgulden uit zijn huis, erf en hof in de Verwerstraet tussen het erfgoed van magister Symon de Couderborch aan een zijde en het erfgoed van Petrus die Brouwer aan de andere zijde, zich uitstrekkend vanaf de Verwerstraet tot het water dat daar stroomt, met als lasten erfcijnzen tot een bedrag van 5 Rynsgulden die aan verscheidene (niet gespecificeerde) personen betaald moeten worden.
Dorsaal: III gulden naesten hoeck vander Verwerstraet.
Zegels: linkerzegel licht beschadigd, rechterzegel onbeschadigd.
Nummer: 0991

1514 januari 29

Aert Mercelissen van Vessem en Sebastiaen Rubbens, schepenen in Tilborch en Goerle, oorkonden dat Herman, zoon van wijlen Jan Verhoeven, aan Henrick Aeb Goeyartssen verkocht heeft zijn stukje land, 2 lopenzaat groot, in de prochie Tilborch bij het Ordelven, waar de gemeyn herbaen door gaat tussen het erfgoed van Henrick Aeben aan een zijde en het erfgoed van Cornelis Heymericks en de weduwe van Willem Leeukens aan de andere zijde, tot aan de Waterlaet.
Zegel: licht beschadigd.
Nummer: 0992

1514 mei 31

  1. Quod Anno a Nativitate Eiusdem
  2. Domini millesimo quingentesimo decimoquarto ... mensis maji die vero ultima ...
  3. constitutus ... dominus Egidius de Strathen, presbiter, incola opidi Busciducensis ...
  4. suum fecit ... testamentum ... declaravit voluntatem legavitque disposuit et sesideravit aliasque et alia fecit prout et
  5. quemadmodum prefatus testator in certis papiri folijs clausis et ab extra suo sigillo munitis ... ac manibus proprijs ipsius testatoris necnon testium
  6. infrascriptorum ... michique notario publico infrascripto traditis dixit et asseruit plenius et latius contineri mandans atque michi notario
  7. iniungens eadem papiri folia in presentia ... domini decani ecclesie collegiate ... sancti Johannis ...
  8. atque unius magistrorum et rectorum fabrice eiusdem ecclesie aut plurimum rectorisque maioris hospitalis predicti opidi et Johannis de Geldrop, nepotis vero
  9. testatoris predicti aut aliquorum ex ipsis absque tamen licentia aliquorum ecclesiasticorum ... post mortem suam
  10. aperiri et publicari ...
  11. Acta fuerunt hec in domo habitacionis mei notarij infrascripti ... in opido predicto retro portum silvestrem ...
  12. Presentibus ibidem discretis viris Godefrido Bierkens, Conrardo, filio Nicholai de Scoenhoven, et Arnoldo Mertens, incolis dicti opidi ...
  13. DEINDE VERO prefato testatore cuius anima in sancta pace ...
  14. decano et capitulo in pretacta ecclesia sancti Johannis capitulo ad hoc ut asserebatur in dicto in eorum loco capitulari solito ultima die mensis augusti
  15. A.D. 1516 inter missam animarum pro salute prefati testatoris celebratam capitulanter congregatis
  16. capituiumque representantem necnon ... domino et magistro Alardo Baliaert, decano, Jordano de Boert, Woltero vander Rullen et
  17. Tielmanno vanden Broeck, rectoribus fabrice ecclesie pretacte, Johanne de Berckel, rectore maioris hospitalis et Johanne de Geldrop predictis, executoribus
  18. ... testamenti pretacti illic comparentes ... Ego Johannes Bax notarius publicus ... ad ibidem in loco capitularia
  19. predicto per bastonarium eiusdem capituli ... vocatus etiam comparens ... pretacta papira folia ...
  20. intelligibili voce eorum contenta
  21. legi et publicavi quorum tenor sequitur et est talis ... Zoe maeck ick Gielis van Straten
  22. priester myn testament ... hiernae voighende ...
  23. Item ick make executueren van dezen testament den choirdeken van Synt Jans dan zynde als ick sterve ende eenen kerckmeester van Synt Jans
  24. diet langste heeft geweest dan zynde als ick sterve. Ende oft ennich van hen beyden sieck waer oft niet van staden en waer deze executie
  25. te voldoen zoe mach die deken eenen canonick van zynen capittel setten ...
  26. die dorde zal zyn Jan van Geldrop mijn neve ende is hy doot als ick sterve oft sieck of woent hy
  27. buyten zoe zal de dorde zyn die meester vanden grooten gasthuys dan levende. Ende deze mannen die myn executie zullen volbrenghen
  28. dien maeck ick eenen yegelycken voer hoer labeur 6 rynsgulden ...
  29. inter alia in pretacta papiri solijs scripta continebatur quedam
  30. ITEM ick begheere dat die kerckmeesteren van Synt Jans dy zyn als ick sterve ende namails
  31. wezen zullen van der zelver fabriken my nae zullen doen van eenen priester ... eewelyck ende erffelyck alle maendage
  32. onder die hoomisse oft onder die ander cleyn getyden op synte Stevens altair in Synt Jans ... daer onze andere drie missen op zyn gefundeert
  33. een misse. Deze misse zal gedaen worden altyt van requiem pro uno sacerdote ten waer dat festum celebre of festum sancti Jeronimi weere dan
  34. zoe zall die misse wezen de festo mit eenre collecten pro uno sacerdote. Ende die collecte zalmen altoes lesen aldus weer die misse is van Requiem
  35. oft de festo Presta quesumus omnipotens Deus ut anima famuli tui sacerdotis Egidij de Strathen etc. Ende die executoeren zullen vercoepen die
  36. twee huysen die ick staende hebbe aen die Merct zoe zy alre best duerste ende hoechste kunnen godlyck nochtan ten eerlyck. Ende van den
  37. ghenen dat zy meer gelden dan daer uuyt gaet, daer maeck ick af der fabrike van Synt Jans 15 £ erffelyck oft
  38. zeven gouwen peters voer yegelick pont ... alzoe verre
  39. als zy deze erfnisse doen doen als voirseyt isende anders nyet. ... Item ick maecke
  40. der fabriken voirseyde noch hier af ... 10 £ ... daer voer zoe zullen die kerckmeesters
  41. voirseyde besorgen ... dat die lampe die in Synt Jans kercke hengt voer den beelde van Synte Jeronimus
  42. ende is gewoenlick des nachs te bornen van nu voertaen ... ewelyck des nachs ende des daichs zal bornen. Ende op dat te bat
  43. geschiede zoe wil ick dat die kerckmeesteren ennige van heeren dienres zullen willigen jaerlics besunder die dat verwaren zall
  44. ende oft dit merckelicken dick versuymt worde dat die lampe niet en bornden zoe zal tgroot gasthuys vanden Bosch die 10 £
  45. oft tghelt voirseyde tot der armer behoef aen moegen veerden altyt. Item van dit puntken vander lampen zal men een instrumentken
  46. af geven den metsers dat altaer regeren op mynen coste dat zy te bet toe helpen sien dat zy altyt borne.
  47. Et ego Johannes Bax, clericus Cameracensis diocesis ...
  48. notarius ...
Nummer: 1812

1514 oktober 4

Scepenen, gezworenen, Heiligheestmeesteren en kerckmeesteren van de dorpen van Aerle, Beeck en Rixtel oorkonden dat zij met toestemming van de meesten van de ingezetenen van deze dorpen aan de kerkfabriek van de Sint-Jan om niet gegeven hebben een stukje erf, 3 lopenzaat groot, zoals dat daar nu ligt met wal en sloot, uit de gemene gronden nabij de hoeve Asdonck, welke eigendom is van die fabriek, op voorwaarde dat de laat van dat erf belastingplichtig zal zijn over dat erf. Verder hebben zij geoorkond dat de erven afstand hebben gedaan van dat stuk grond op voorwaarde dat de kerkfabriek jaarlijks aan de Heer zal betalen een ½ oude groot.
Zegel: licht beschadigd.
Nummer: 1395

1514 november 24

Petrus die Borchgreve en Nycolaus Spierinck, schepenen in Buscoducis, oorkonden dat Gerardus, zoon van wijlen Adrianus Henricxsoen, wettige echtgenoot van Aleydis, dochter van wijlen Egidius Heyliger en Elizabeth, diens echtgenote, dochter van wijlen Bruystinus Claessoen, smid, aan Daniel, zoon van wijlen Gerongius Henricxsoen, overgedragen heeft een erfcijns van 8 rynsgulden uit:
  1. een zekere hoeve, den Hoogen Aerle in de parochie Gemart tussen de gemene gronden aan een zijde en het erfgoed van Brients Brasien aan de andere zijde,
  2. huis, erf, hof en aangrenzende kamp tussen die Moelenstraet aan een zijde en het erfgoed Die Waterbeempt aan de andere zijde,
welke cijns Bruystinus, zoon van wijlen Nycolaus Geritssoen, smid, van Petrus van Lanckvelt, zoon van wijlen Godefridus de Lanckvelt, gekocht had.
Zegels: linkerzegel zwaar beschadigd, rechterzegel licht beschadigd.
Nummer: 0993

1514 december 20

  1. Sorores Margareta filia quondam Willelmi de Vrolaer mater Geertrudis filia quondam Arnoldi Olisleger procuratrix
  2. convnetuales conventus sororum ... zwesteren ... ad locum ... Papenhuls nomine
  3. et ex parte omnium convnetualium ... potentes ad infrascrip-
  4. ta ... a.
  5. et h.c. trium ... ryns gulden ...
  6. ex domo area ac ... ledige plaets-
  7. ken sibi adiacenti ... ad finem vici Tinctoris inter her. magistri Symonis
  8. de Couderborch e.u.l. et inter her. Petri de Brouwer dicta Indat Zevengestarre
  9. e.a.l. quem censum magister Nycolaus Kuyst ad opus sororum predictarum erga
  10. Katherinam filiam Lamberti de Roede emendum acquisierat insuper a. et h. c.
  11. trium consimilium florenorum renesium ...
  12. ex medietate domus aree cum suis iuribus et att. ... ad
  13. forum supra conum ... die Cortkerckstraet inter eundem vicum e.u.l. et inter
  14. her. Elizabeth relicte ... Theoderici filii quondam Henrici Pelgroms et eius liberorum
  15. e.a.l. quem censum soror Margareta filia quondam Willelmi de Vrolair mater predicta
  16. conventus ... ad opus dicti conventus erga Aleydem filiam Arnoldi Bernts
  17. emendum acquisierat ...
  18. leg. et her. supportavit magistro Nycolao Kuyst ad opus fabrice ecclesie sancti Johannis ...
  19. Salvis ut venditoribus dictorum censuum reservatum eorum
  20. potestatibus redimendum eosdem census ...
  21. Testes ... scabini in Buscoducis ... Nicolaus Spierinck en Petrus Toelinck.
  22. Datum vicesima mensis decembris Anno Domini millesimoquingentesimo decimoquarto
Dorsaal: Wy Goyart Simons ende Willem Pynappel kerckmeesters der fabryck van Sinte Jans binnen der stadt van sHertogenbossche bekennen mits desen ontfangen te hebben die somme van vyftich carolusgulden twintich stuvers voere den gulden gerekent als wesende die hooftpenning van een rente van drie carolusgulden die de voerseyde fabrycke jaerlyck hadde geldende uuyt zynen huyse staende aende merct opten hoeck vander corte kerckstraet gementionneert op dander zyde van desen de welcke rente Herman Pelgrom Diriexzoen alias Ketelere alzoe gequeten ende afgelost heeft ende kennen ons inden name als boven daer af vermecht. Actum primus octobris anno XVc ende dertich Willem Pynappel
Zegels: ontbreken.
Nummer: 1396